RSH-2455 _25 lgs..qxd
F
GB
D
E
I
P
OVERZICHT
10. Borgpen
11. Inbussleutel
12. Instelgat
13. Borgring
14. Borgring 8
MONTAGE
LET OP
Voor de montage van de hakselaar zijn
2 personen nodig.
Steek de wielas (2) in de gaten van elk van de poten
■
(3) van het buisframe.
Opmerking: de poten moeten naar boven zijn gericht
(afb. 3) en de gaten van de poten moeten tegenover
elkaar worden geplaatst.
Plaats de hakselaar ondersteboven (afb. 4).
■
Schuif de poten van het buisframe op de buisstukken
■
op de ombouw van de motor (afb. 5).
Schuif het onderste deel van het buisframe (4) op de
■
uiteinden van de poten.
Bevestig elke poot met behulp van een inbusschroef
■
(7), borgring (14) en gewelfde ring (6). Bevestig
daarna het onderste deel van het buisframe met
behulp van rondkopschroeven (8) en borgringen (13)
(afb. 6). Draai alle schroeven aan.
Schuif de wielen (5) aan elke kant van de as en
■
blokkeer ze met behulp van platte ringen (9) en
borgpennen (10) (afb. 7).
Het apparaat is nu klaar voor gebruik.
■
BEDIENING
De hakselaar is bedoeld voor het verhakselen van
■
organisch afval uit een particuliere tuin. Het apparaat
is niet bedoeld voor het verhakselen van glas, metaal,
kunststof of textiel. Het mag in geen geval worden
gebruikt voor het verhakselen van andere zeer harde
of zeer slappe stoffen, en ook niet voor professionele
doeleinden.
Steek de stekker van de hakselaar in het stopcontact.
■
De spanningsverklikker (g) gaat branden. Kies de
vooruitstand van de snijcilinder (het te verhakselen
materiaal wordt naar de snijcilinder toe getrokken) door
de draairichtingschakelaar (f) naar rechts te draaien.
Zet de hakselaar aan door op de Aan-knop (–) (e)
te drukken.
9/19/03
3:07 PM
Page 47
NL
S
DK
N
FIN GR HU
Nederlands
■
■
■
■
■
■
DRUKPLAAT BIJSTELLEN
■
■
O
47
CZ RU
RO PL SLO HR TR EST LT
Om de hakselaar op de meest doelmatige wijze
te gebruiken raden wij u aan om geen takken
te verhakselen die dikker zijn dan 40 mm.
Stop het te verhakselen snoeigoed in de vultrechter (a).
Dit wordt automatisch verhakseld door de snijcilinder en
daarna uitgeworpen via de uitlooptrechter (d).
Om de levensduur van de trechter te verlengen, moet
men de takken op volgende manier invoeren : basis
van de tak naar beneden en het gebladerte naar boven
(zie fig. 8).
Als er te dikke of te harde takken of andere
voorwerpen binnen in de machine geblokkeerd raken,
zal de hakselaar in de meeste gevallen zichzelf
automatisch deblokkeren. De draairichting van de
snijcilinder wordt dan automatisch omgedraaid,
waardoor de geblokkeerde elementen via de
vultrechter kunnen worden weggehaald. Om de
hakselaar opnieuw in de vooruitstand te krijgen zet u
de hakselaar uit door op de Uit-knop (O) te drukken
en wacht u tot de snijcilinder geheel tot stilstand is
gekomen. Zet de hakselaar daarna weer aan door op
de Aan-knop (–) (e) te drukken: nu is de vooruitstand
opnieuw als draairichting geselecteerd.
Als de hakselaar zich niet automatisch deblokkeert, zet
u de machine uit en draait u de draairichtingschakelaar
naar links om achteruitdraaien te selecteren (afvoer
van de geblokkeerde elementen via de vultrechter).
Zet de hakselaar weer aan. Dit zou de hakselaar
moeten vrijmaken. Zodra de verstopping is verholpen,
zet u de machine uit en draait u de draairichting-
schakelaar naar rechts (vooruit) voordat u de
hakselaar opnieuw aanzet.
Als de hakselaar wordt overbelast, stopt de motor
automatisch door de overbelastingsbeveiliging. Wacht
ongeveer 5 minuten en druk op de reset-knop (h).
Druk daarna op de Aan-knop (–); nu moet de
hakselaar weer gaan werken.
LET OP
Verander niet snel achter elkaar van draairichting
en druk niet in hoog tempo beurtelings op Aan en
Uit. Dit kan hoge spanningen veroorzaken en de
hakselaar beschadigen.
ONDERHOUD
Als de hakselaar niet goed meer verhakselt, kan het
zijn dat de drukplaat moet worden bijgesteld.
Opmerking: de drukplaat mag alleen worden versteld
als dit absoluut noodzakelijk wordt geacht. Als de
drukplaat te vaak of te veel wordt bijgesteld, kan het
voorkomen dat de hakselaar helemaal niet meer werkt.
LV
SK BG