f) Continuïteitstest
Zorg dat de te meten stroomkringcomponenten, stroomkringen en componen-
ten of andere meetobjecten spanningsvrij en ontladen zijn.
- Schakel de DMM in en selecteer het meetbereik
Druk op de SELECT toets om naar het juiste meetbe-
reik te schakelen. Het display geeft het symbool voor
continuïteitstest weer. Druk nogmaals op de toets om
naar het volgend meetbereik te schakelen, etc.
- Breng de rode meetkabel in de V-meetaansluiting (10)
en de zwarte meetkabel in de COM-meetaansluiting
(9).
- Een meting van <10 ohm wordt als continuïteit geïden-
tificeerd; in dit geval, hoort u een pieptoon. Het meet-
bereik gaat tot max. 600 ohm.
- Het meetbereik is overschreden of de stroomkring is
onderbroken als het display "OL" (voor overload) weer-
geeft.
- Na de meting, haal de meetkabels van het meetobject
af en schakel de DMM uit.
136
.