nl
Inhoudsopgave
Veiligheid....................................... 92
Algemene aanwijzingen ................. 92
Bestemming van het apparaat ....... 92
Inperking van de gebruikers .......... 93
Veiliger transport ............................ 93
Veilige installatie............................. 93
Veilig gebruik.................................. 94
Beschadigd apparaat..................... 97
Het voorkomen van materiële
schade ........................................... 99
Milieubescherming en bespa-
ring................................................. 99
Afvoeren van de verpakking .......... 99
Energie besparen ........................... 99
Opstellen en aansluiten .............. 100
Leveringsomvang ......................... 100
Apparaat opstellen en aanslui-
ten................................................. 100
Criteria voor de opstellocatie ....... 101
Het apparaat voor het eerste ge-
bruik voorbereiden ....................... 101
Apparaat elektrisch aansluiten..... 101
Uw apparaat leren kennen.......... 102
Apparaat....................................... 102
Bedieningselementen................... 102
Uitrusting..................................... 102
Legplateau.................................... 102
Groente- en fruitlade..................... 102
Deurrekken ................................... 103
Accessoires .................................. 103
De Bediening in essentie............ 103
Apparaat inschakelen................... 103
Opmerkingen bij het gebruik ....... 103
Machine uitschakelen................... 104
Temperatuur instellen................... 104
90
Extra functies .............................. 104
Automatische Super-functie ......... 104
Handmatige Super-functie............ 104
Alarm............................................ 105
Deuralarm..................................... 105
Temperatuuralarm ........................ 105
Koelvak ........................................ 105
Tips voor het bewaren van le-
vensmiddelen in het koelvak........ 106
Koudezones in het koelvak .......... 106
Sticker "OK".................................. 106
Vriesvak ....................................... 106
Invriescapaciteit............................ 107
Vriesvakvolume volledig gebrui-
ken................................................ 107
Tips voor het inkopen van diep-
vrieskost ....................................... 107
Tips voor het bewaren van le-
vensmiddelen in het vriesvak....... 107
Kleinere hoeveelheid levensmid-
delen snel bevriezen .................... 107
Tips voor het bevriezen van ver-
se levensmiddelen ....................... 108
Houdbaarheid van de diepvries-
waren bij −18 °C .......................... 108
Diepvrieskalender......................... 109
Ontdooimethodes voor diep-
vrieswaren .................................... 109
Ontdooien .................................... 109
Ontdooien in het koelvak. ............ 109
Ontdooien in het vriesvak ............ 109
Reiniging en onderhoud ............. 109
Apparaat voorbereiden voor rei-
niging............................................ 109
Apparaat schoonmaken ............... 110
De dooiwatergoot en het afvoer-
gat reinigen. ................................. 110
Onderdelen eruit halen ................ 110