Télécharger Imprimer la page

Bosch GDS 120-LI Professional Notice Originale page 47

Masquer les pouces Voir aussi pour GDS 120-LI Professional:

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 17
Rechtsdraaien: voor het indraaien van schroeven en vast-
draaien van moeren drukt u de draairichtingschakelaar (7)
naar links tot aan de aanslag door.
Linksdraaien: voor het losdraaien of uitdraaien van schroe-
ven en moeren drukt u de draairichtingschakelaar (7) naar
rechts tot aan de aanslag door.
Mechanische toerentalkeuze
Bedien de toerentalschakelaar (3) alleen als het elek-
u
trische gereedschap stilstaat.
Met de toerentalschakelaar (3) kunnen twee toerentalberei-
ken ingesteld worden.
Stand I:
Laag toerentalbereik. Voor het in- en uitdraaien van schroe-
ven of voor werkzaamheden met een grote boordiameter.
Stand II:
Hoog toerentalbereik. Voor werkzaamheden met een kleine
boordiameter.
Als de toerentalschakelaar (3) niet tot aan de aanslag ge-
draaid kan worden, draait u de uitgaande as met de boor
iets.
In- en uitschakelen
Druk voor ingebruikname van het elektrische gereedschap
op de aan/uit-schakelaar (8) en houd deze ingedrukt.
De lamp (9) brandt bij iets of helemaal ingedrukte aan/uit-
schakelaar (8) en hiermee kan het werkbereik bij ongunstige
lichtomstandigheden verlicht worden.
Om het elektrische gereedschap uit te schakelen, laat u de
aan/uit-schakelaar (8) los.
Toerental instellen
U kunt het toerental van het ingeschakelde elektrische ge-
reedschap traploos regelen naarmate u de aan/uit-schake-
laar (8) indrukt.
Lichte druk op de aan/uit-schakelaar (8) heeft een laag toe-
rental tot gevolg. Met toenemende druk wordt het toerental
hoger.
Temperatuurafhankelijke beveiliging tegen
overbelasting
Bij reglementair gebruik kan het elektrische gereedschap
niet overbelast worden. Bij een te sterke belasting of het
overschrijden van de toegestane accutemperatuur schakelt
de elektronica het elektrische gereedschap uit tot dit zich
weer in het optimale werktemperatuurbereik bevindt.
Richtwaarden voor maximale schroefaandraaimomenten
Gegevens in Nm, berekend uit de spanningsdoorsnede; benutting van de strekgrens 90% (bij wrijvingsgetal μ
controle moet het aanhaalmoment altijd met een momentsleutel gecontroleerd worden.
Sterkteklassen
Standaardschroeven en -
volgens DIN 267
bouten
3.6
4.6
M6
2.71
3.61
M8
6.57
8.7
M10
13
17.5
M12
22.6
30
Bosch Power Tools
Aanwijzingen voor de werkzaamheden
Plaats het elektrische gereedschap alleen uitgescha-
u
keld op de moer/schroef. Draaiende inzetgereedschap-
pen kunnen wegglijden.
Het draaimoment is afhankelijk van de slagduur. Het maxi-
maal bereikte draaimoment resulteert uit de som van alle
door slagen veroorzaakte afzonderlijke draaimomenten. Het
maximale draaimoment wordt na een slagduur van 6–10 se-
conden bereikt. Na deze tijd wordt het aandraaimoment nog
slechts minimaal verhoogd.
De slagduur moet voor elk benodigd aandraaimoment be-
paald worden. Het feitelijk bereikte aandraaimoment moet
altijd met een draaimomentsleutel gecontroleerd worden.
Schroefverbindingen met harde, verende of zachte be-
vestiging
Als bij wijze van proef de in een reeks van slagen bereikte
draaimomenten gemeten en naar een diagram overgebracht
worden, dan verkrijgt men de curve van een draaimoment-
verloop. De hoogte van de curve komt overeen met het maxi-
maal te bereiken draaimoment. De steilheid geeft aan in wel-
ke tijd dit bereikt wordt.
Het draaimomentverloop hangt van de volgende factoren af:
– sterkte van de schroeven en moeren
– soort ondergrond (ring, schotelveer, afdichting)
– sterkte van het te schroeven materiaal
– smeeromstandigheden van de schroefverbinding
Daaruit resulteren de volgende toepassingsgevallen:
– Harde bevestiging, hiervan is sprake bij schroefverbin-
dingen van metaal op metaal bij gebruik van onderlegrin-
gen. Na een relatief korte slagtijd is het maximale draai-
moment bereikt (steil verloop van de karakteristiek). Een
onnodig lange slagtijd schaadt de machine slechts.
– Verende bevestiging, hiervan is sprake bij schroefver-
bindingen van metaal op metaal, echter bij gebruik van
veerringen, schotelveren, steunbouten of schroeven/
moeren met conische bevestiging evenals bij het gebruik
van verlengstukken.
– Zachte bevestiging, hiervan is sprake bij schroefverbin-
dingen van bijv. metaal op hout of bij gebruik van lood- of
fiberringen als ondergrond.
Bij verende of zachte bevestiging is het maximale aandraai-
moment geringer dan bij harde bevestiging. Bovendien is
een duidelijk langere slagtijd nodig.
5.6
4.8
6.6
5.8
4.52
4.8
5.42
6.02
11
11.6
13.1
14.6
22
23
26
29
37.6
40
45
50
Nederlands | 47
totaal
Hoogvaste schroeven en
bouten
6.8
6.9
8.8
10.9
7.22
8.13
9.7
13.6
17.5
19.7
23
33
35
39
47
65
60
67
80
113
1 609 92A 7TL | (04.08.2022)
 = 0,12). Ter
12.9
16.2
39
78
135

Publicité

loading

Ce manuel est également adapté pour:

Gdr 120-li professional