NL
Autolakken
Houtbeschermingsmiddelen,
desinfecteringsmiddelen,
plantbeschermingsmiddelen,
politoeren, oliën
Hamerslag-effektlakken
Aluminiumlakken
Het meten van de Viscositeit
De viscositeitsbeker (Illus. 1) in de verf onder dompelen. Dan de beker optillen. Met de
tyt tot dat de verftstraal ophoudt. Vergelyk deze "uitlooptyd" met de viscositeitstabel.
Ingebruikname
Let op dat voor het ingebruiknemen, het voltage welke achter op de kenplaat van de
spuit staat, overeenkomt met hetzelfde te gebruiken voltage.
1) Spuitmateriaal overeenkomstig bovenstaande table verdunnen.
2) Bekerhouder op een papieren onderlegger zetten en vullen met het spuitmateriaal.
Let op! Probeer uw spuitpistool nooit uit zonder verfin de beker, dit
verhoogd de kans op slijtage van de pomp!
3) De beker op het spuitpistool draaien, tot de bajonet-sluiting voelbaar vastklikt (Illus.
2, arrow).
4) Schakelaar indrukken, hierdoor treedt het pistool in werking.
Het pistool zuigt de verf op en perst het door de spuitmond naar buiten. Om het
aanzuigproces te versnellen fijnregelknop instellen.
5) Door draaien aan de fijnregelknop wordt de hoeveelheid verf gereduceerd.(Illus.3,arrow)
Het instellen van de fijnregelknop beinvloed het spuitbeeld afhankelijk van
i
het te verspuiten materiaal en hoeveelheid verdunning.
Spuittechniek
•
Het resultaat hangt duidelijk af van het object, dit moet glad en stofvrij zijn.
•
De vlakken welke niet gespoten moeten worden, afplakken met plakband en papier,
o.a. ramen, vensters etc.
•
Beker niet leegspuiten. De zuigbuis moet altijd in de vloeistof steken. Bij het aanzuigen
van lucht kunnen er grotere druppels ontstaan.
•
Het is aan te bevelen, voordat u tot spuiten overgaat eerst een proef te nemen, op
papier of ander materiaal om de juiste spuitafstand te ontdekken.
•
Bij het spuiten het verfpistool zo recht mogelijk houden. Bij het spuiten van een plafond
(naar boven gericht) of naar beneden (b.v. een deur plat neergelegd) kunt u het buigzame
verlengstuk (Illus. 7, toebehoren) gebruiken.
36
Hanleidingstabel voor viscositeit
18-22
onverdund
25-35
20-30
W 95
18-22
30-45
20-30