g) Voorinstelling selecteren, toets "O.T.S." ("One-Touch-Setting")
Voor elk begeleidingsritme zijn er telkens 4 verschillende voorinstellingen.
De fabrikant heeft als voorbeeld een bij het begeleidingsritme passend in-
strument geselecteerd.
• Selecteer eerst een begeleidingsritme.
• Druk op de toets "O.T.S." (15). Links op het display wordt "O.T.S." weerge-
geven. Het keyboard schakelt daarbij de "A.B.C."-modus (automatische
toewijzing, "Auto-Bass-Chord") in, zie hoofdstuk 15. f).
• Met de toetsen "M1", "M2", M3" of "M4" (6) kan een van de vier voorin-
stellingen worden opgeroepen.
• Om de "O.T.S."-functie weer uit te schakelen drukt u nog een keer op de
toets "O.T.S." (15).
17. Toetsen voor opslagfunctie/drums
De vijf toetsen "M1/PAD1"..... "M5/PAD5" (6) kunnen om instellingen op te slaan of als drumtoetsen worden gebruikt.Met de toets "MEMORY/
PERC." (16) kan tussen deze beide functies worden omgeschakeld.
Na het inschakelen van het keyboard is de opslagfunctie automatisch geactiveerd.
a) Instellingen opslaan/oproepen
• Schakel met de toets "MEMORY/PERC." (16) naar de opslagfunctie, links
op het display verschijnt "MEM".
• Om de huidige geselecteerde instellingen (vb. begeleidingsritme, instru-
ment, snelheid, etc.) op te slaan, houdt u de toets "STORE" (10) ingedrukt
en drukt u aansluitend een van de vijf opslagtoetsen "M1/PAD1".....
"M5/PAD5" (6). Laat dan de toets "STORE" weer los.
• Om de opgeslagen instellingen opnieuw op te roepen, drukt u op de over-
eenkomstige opslagtoets.
Bij het uitschakelen van het keyboard gaan de opgeslagen in-
stellingen verloren.
b) Drums
• Schakel met de toets "MEMORY/PERC." (16) naar de drumsfunctie, links
op het display verschijnt "PERC.".
• Druk op een van de toetsen "M1/PAD1"..... "M5/PAD5" (6) om de over-
eenkomstige drums-sound af te spelen.
89