7. Bedieningselementen
a) Bovenzijde
1
Aan/uit-schakelaar ("ON"/"OFF")
2
Toets "A.B.C.", akkoordmodus in-/uitschakelen
3
Toets "START/STOP", starten/aanhouden van de begeleidingssong of -melodie
4
Toets "SYNC/FILL", start van het begeleidingsritme met klavier synchroniseren of Fill-In-Sound bij het afspelen van een begeleidingsritme
5
Toetsen "REC" en "PLAY", opnamemodus activeren of opname afspelen
6
Toetsen "M1/PAD1", "M2/PAD2", "M3/PAD3", "M4/PAD4", "M5/PAD5", geheugen oproepen of drumsound afspelen
7
Toetsen "MASTER VOL", hoofdvolumeregelknop
8
Toetsen "ACC.VOL", volume voor begeleidingsritme instellen
9
Toetsen "TEMPO", snelheid instellen
10 Toets "STORE", instellingen opslaan
11 Toetsen "STYLE", begeleidingsritme-modus activeren om een begeleidingsritme te selecteren
12 Toets "FUNCTIE", functiemodus activeren
13 Toets "VOICE", instrumentmodus activeren om een instrument te selecteren
14 Toetsen "SONG", begeleidingsmelodie-modus activeren om een begeleidingsmelodie te selecteren
15 Toets "O.T.S.", modus "One-Touch-Setting" activeren
7
8
9
1
2
5
3
4
13
11
14
10
12
15
6
79