1. Veiligheidsvoorschriften
• Deze binnenunit dient te worden opgeslagen in een ruimte zonder continu
werkend ontstekingsapparaat, zoals open vuur, gastoestel, of elektrisch
verwarmingselement.
• Prik geen gaten in deze binnenunit of de koelmiddelleidingen en verbrand ze
niet.
• Houd er rekening mee dat het koelmiddel reukloos kan zijn.
• De leidingen moeten beschermd zijn tegen fysieke schade.
• De aanleg van leidingen moet tot een minimum worden beperkt.
• Er moet worden voldaan aan de nationale gasverordeningen.
• Blokkeer geen van de vereiste ventilatie-openingen.
• Gebruik
geen
lage-temperatuurlegering
koelleidingen.
Voorzichtig:
• Aard de unit.
Verbind de aarddraad niet met een gasleiding, waterleidingafsluiter of een
aarddraad voor een telefoonaansluiting. Ondeugdelijke aarding kan leiden
tot een elektrische schok.
• Installeer de unit niet in een ruimte waar een brandbaar gas lekt.
Als er gas lekt en dit zich in de ruimte rond de unit ophoopt, kan dit tot een
explosie leiden.
• Installeer een aardlekschakelaar als de unit wordt geïnstalleerd in een
vochtige ruimte.
Als er geen aardlekschakelaar is geïnstalleerd, kan dit leiden tot een
elektrische schok.
2. De installatieplaats kiezen
2.1. Binnenunit
• Waar de luchtstroom niet wordt geblokkeerd.
• Waar koele lucht over de gehele ruimte wordt verspreid.
• Waar de unit niet wordt blootgesteld aan direct zonlicht.
• Op ten minste 1 m afstand van uw televisie en radio. De unit kan storen op het
beeld of geluid van uw televisie of radio.
• Zo ver mogelijk verwijderd van tl-buizen of gloeilampen, zodat de infrarode
afstandsbediening normaal kan worden gebruikt.
• Waar u het luchtfilter gemakkelijk kan verwijderen en vervangen.
Waarschuwing:
Installeer de binnenunit aan een plafond dat berekend is op het gewicht van de
unit.
86
bij
het
solderen
van
de
• Zorg bij het uitvoeren van soldeerwerkzaamheden dat de ruimte goed
geventileerd is. Houd gevaarlijke en ontvlambare materialen uit de buurt.
Wanneer u werkzaamheden in een kleine of afgesloten ruimte of een
vergelijkbare plaats verricht, dient u vooraf te controleren of er geen
koelmiddel is gelekt. Als koelmiddel lekt en zich verzamelt, kan het
ontvlammen of kunnen er giftige gassen ontsnappen.
• Voor installatie- en verplaatsingswerkzaamheden volgt u de instructies in de
installatiehandleiding en gebruikt u gereedschap en pijpmateriaal dat
speciaal gemaakt is voor gebruik met het koelmiddel dat in de
installatiehandleiding van de buitenunit is opgegeven.
• Als de airconditioner in een kleine of afgesloten ruimte wordt geïnstalleerd,
moeten maatregelen worden genomen tegen het weglekken van koelmiddel
en de concentratie weggelekt koelmiddel in de lucht mag de grenswaarden
niet overschrijden. Als er koelstof weglekt en de concentratie koelstof de
veiligheidsgrens overschrijdt, kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan ten
gevolge van zuurstofgebrek in de ruimte.
• Voer de werkzaamheden aan het afvoer- en leidingstelsel zorgvuldig uit
volgens de installatiehandleiding.
Als er een defect optreedt in het afvoer- en leidingstelsel, kan dit leiden tot
waterlekkage uit de unit en waterschade aan meubilair en dergelijke.
• Draai een optrompmoer aan met een momentsleutel zoals aangegeven in
deze handleiding.
Wanneer u een optrompmoer te stevig aandraait, kan deze na verloop van
tijd breken en koelstoflekkage veroorzaken.
2.2. Buitenunit
• Waar deze niet wordt blootgesteld aan harde wind.
• Waar de luchtstroom voldoende en stofvrij is.
• Waar de unit niet wordt blootgesteld aan regen en direct zonlicht.
• Waar de buren geen last hebben van het geluid of de warme lucht van de unit.
• Aan een stevige muur of houder, zodat het werken van de unit geen extra geluid of
trillingen veroorzaakt.
• Waar geen gevaar bestaat dat brandbare gassen gaan lekken.
• Bevestig de pootjes van de unit wanneer u de unit hoog installeert.
• Op ten minste 3 m afstand van een antenne voor radio of televisie. (De unit kan
storen op het beeld of geluid van uw televisie of radio.)
• Installeer de unit horizontaal.
Voorzichtig:
Vermijd de volgende plaatsen, omdat daar mogelijk problemen met de
airconditioner zullen optreden.
• Ruimten met veel machineolie.
• Een zoute omgeving, zoals aan zee.
• De omgeving van warme bronnen.
• Plaatsen met zwavelgassen.
• Andere plaatsen met een bijzondere luchtgesteldheid.