Verklaring van functies en begrippen
Verklaring van functies en begrippen
Algemeen
Hand/Auto schuifschakelaar
In de stand "Hand" van de schuifschakelaar worden uitsluitend
handmatige commando's en noodsignalen uitgevoerd (bijv.: OP,
STOP, NEER met een druk op de toets en windalarm).
Bij het veranderen van de stand van "Hand" op "Auto" wordt de
zonwering automatisch in de bovenste eindpositie gebracht. De
zonweringfunctie wordt geactiveerd.
In de stand "Auto" van de schuifschakelaar worden automatische
commando's uitgevoerd (bijv.: schaduwfunctie, automatische tijd-
commando's ...).
Schemeringstand
In de automatische bediening wordt de zonwering bij schemering
en zonsopgang automatisch in de bovenste eindpositie gezet,
zelfs wanneer de zonwering met de hand werd bediend. Deze
functie garandeert dat de zonwering 's nachts niet uitgelopen blijft
en dat de zonweringfunctie de volgende dag opnieuw start.
Zendcontrolelampje
Een radiosignaal wordt door het oplichten van het zendcontrole-
lampje gesignaleerd.
Wanneer het vermogen van de batterij niet voldoende is, dan
knippert het zendcontrolelampje tijdens het zenden. Het zend-
vermogen resp. de reikwijdte van het radiosignaal wordt door
afname van het batterijvermogen verminderd. Wanneer het zend-
controlelampje bij indrukken van de toets niet meer brandt, dan
moeten de batterijen worden vervangen.
Groepsbesturing
Onder een groep verstaat men de besturing van één of meerdere
ontvangers op hetzelfde tijdstip.
137
NL