Onderhoud
24h" is aangegeven. De invriescapaciteit is afhankelijk van het
model en de klimaatklasse van het apparaat.
Afhankelijk van de hoeveel nieuwe levensmiddelen die worden
ingevroren, moet FastFreeze bijtijds worden ingeschakeld: bij
een kleine hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen ca. 6h, bij
de maximale hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen 24h
voordat u de levensmiddelen in de vriezer legt.
Fast-Freeze hoeft u in de volgende gevallen niet in te scha-
kelen:
-
wanneer u reeds ingevroren waren in de diepvriezer legt
-
bij het invriezen van max. ca. 2 kg nieuwe levensmiddelen
per dag
Met Fast-Freeze invriezen
Fig. 2 (2) eenmaal kort indrukken.
u Toets Fast-Freeze
Fig. 2 (2) is verlicht.
w De toets Fast-Freeze
w De vriestemperatuur daalt, het apparaat werkt met maxi-
maal koelvermogen.
Bij een kleine hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen:
u ca. 6 u wachten.
u De nieuwe levensmiddelen in de bovenste vakken leggen.
Bij de maximale hoeveelheid in te vriezen levensmiddelen:
u ca. 24 u wachten.
u verpakte levenmiddelen direct op de draagplateaus leggen
en eerst na het invriezen in de schuifladen leggen.
w Fast-Freeze schakelt automatisch uit. Naargelang hoeveel-
heid nieuwe levensmiddelen op zijn vroegst na 30 h uiterlijk
na 65 h.
w Het invriezen is afgesloten.
Fig. 2 (2) is donker.
w De toets Fast-Freeze
w Het apparaat werkt in de energiebesparende normale
modus verder.
5.6.5 Laden
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en de koelprestatie vermindert bij
onvoldoende ventilatie.
Bij apparaten met NoFrost:
u Laat de onderste schuiflade in het apparaat zitten!
u Houd de luchtspleet binnen aan de achterkant steeds vrij!
u Om diepvriesgoed direct op de draagplateaus te bewaren:
trek de schuiflade naar voren en haal de lade uit.
5.6.6 Plateaus
u Plateau uitnemen: vooraan optillen en
uittrekken.
u Plateau
terugplaatsen:
inschuiven.
12
tot
aanslag
5.6.7 VarioSpace
Naast de schuifladen kunt u
tevens de plateaus verwijderen.
Zo creëert u plaats voor levens-
middelen van groot formaat.
Gevogelte, vlees, groot wild en
hoog gebak kunnen geheel en al
worden
ingevroren
en
verder verwerkt.
u De laden kunnen elk met
max. 25 kg diepvriespro-
ducten, de plateaus elk met
max. 35 kg worden belast.
5.6.8 Info-systeem
Fig. 26
(1) Kant-en-klare
gerechten, ijs
(2) Varkensvlees, vis
(3) Fruit, groenten
De getallen geven telkens voor meerdere soorten ingevroren
levensmiddelen de bewaartijd in maanden aan. De vermelde
bewaartijden zijn richtwaarden.
5.6.9 Koudeaccu's
De koudeaccu's verhinderen bij stroomuitval, dat de tempera-
tuur te snel stijgt.
Koudeaccu's gebruiken
u De koudeaccu's ruimtebespa-
rend in het bovenste vriesvak
leggen.
u De bevroren koudeaccu's boven
in het voorste vriesgedeelte op
de ingevroren levensmiddelen
leggen.
6 Onderhoud
6.1 Ontdooien met NoFrost
Het NoFrost-systeem ontdooit het apparaat automatisch.
Koelgedeelte:
Het dooiwater verdampt door de warmte van de compressor.
Waterdruppels op de achterwand zijn normaal en wijzen niet
op een storing.
u Afvoeropening regelmatig reinigen, zodat het dooiwater kan
weglopen (zie 6.2) .
Vriesgedeelte:
Het vocht slaat neer op de verdamper, wordt regelmatig
ontdooid en verdampt dan.
u U hoeft het apparaat niet handmatig te ontdooien.
6.2 Apparaat reinigen
Voor het reinigen:
later
(4) Vleeswaren, brood
(5) Wild, paddestoelen
(6) Gevogelte, rund-/kalfs-
vlees