Gebruik van het gereedschap
Waarschuwing! Laat het gereedschap in zijn eigen tempo
werken. Niet overbelasten.
De accu opladen (fig. G)
De accu moet vóór het eerste gebruik worden opgeladen
en ook zodra deze niet meer voldoende vermogen levert
voor taken die eerst gemakkelijk konden worden uitgevoerd.
Tijdens het opladen kan de accu warm worden. Dit is normaal
en duidt niet op een probleem.
Waarschuwing! Laad de accu niet op bij omgevingstempera-
turen onder 10° C of boven 40° C. Aanbevolen laadtemper-
atuur: ongeveer 24 °C.
Opmerking: De lader functioneert niet als de temperatuur
van de accu lager is dan ongeveer 10° C of hoger dan
40° C.
Laat de accu in dat geval in de lader zitten. De lader wordt
automatisch ingeschakeld wanneer de accu de juiste
temperatuur heeft.
Als u de accu (4) wilt opladen, schuift u de accu in de
u
lader (19). De accu past maar op één manier in de lader.
Forceer dit niet. Zorg ervoor dat de accu goed in de lader
is geplaatst.
Steek de stekker van de lader in een stopcontact.
u
Het oplaadlampje (20) gaat langzaam groen knipperen.
Als het lampje (20) continu groen brandt, is de accu volledig
opgeladen. U kunt de accu gewoon in de lader laten zitten
wanneer het oplaadlampje brandt. Het lampje gaat groen
knipperen (opladen), omdat de accu door de lader af en toe
wordt bijgeladen. Het oplaadlampje (20) blijft branden zo lang
de accu zich op de lader bevindt en de lader is aangesloten
op het stopcontact.
Lege accu's moet u binnen een week opladen. Als u
u
accu's leeg bewaart, wordt de levensduur van de accu's
aanzienlijk verminderd.
De accu in de lader laten zitten
U kunt de accu gedurende onbeperkte tijd in de lader laten
zitten terwijl het oplaadlampje brandt. De lader zorgt ervoor
dat de accu altijd volledig opgeladen is.
Problemen met de accu
Als er wordt geconstateerd dat de accu bijna leeg is of be-
schadigd is, gaat het oplaadlampje (20) snel rood knipperen.
Ga in dat geval als volgt te werk:
Verwijder de accu (4) en plaats deze opnieuw.
u
Als het oplaadlampje snel rood blijft knipperen, gebruik
u
dan een andere accu om te controleren of de lader wel
goed werkt.
Als de andere accu goed wordt opgeladen, is de
u
oorspronkelijke accu defect. Breng de accu naar een
servicecentrum voor recycling.
Als het lampje ook bij de andere accu snel knippert, moet
u
u de lader laten testen bij een erkend servicecentrum.
Opmerking: Het kan soms 30 minuten duren om na te
gaan of de accu goed functioneert. Als de accu te warm
of te koud is, knippert het lampje afwisselend snel en
langzaam rood.
(Vertaling van de originele instructies)
Het gereedschap instellen op snoeien of
randafwerking (fig. H,I,J)
Het gereedschap kan worden gebruikt voor snoeien, zoals
weergegeven in fig. H, of voor randafwerking om overhangend
gras te snoeien langs gazonranden en bloemperken, zoals
weergegeven in fig. I.
Snoeien (fig. E,H&J)
Voor snoeien moet de snoeikop zich bevinden in de stand die
wordt weergegeven in fig. J. Doe het volgende wanneer dit
niet het geval is:
Verwijder de accu uit het gereedschap.
u
Maak de instelring (16) los door deze met de klok mee te
u
draaien.
Houd de greep (2) vast en draai de kop (8) met de klok
u
mee.
Maak de ring (16) vast door deze tegen de klok in te
u
draaien.
Opmerking: Opmerking: De kop draait slechts in één richting.
Randafwerking (fig. E,I)
Voor randafwerking moet de snoeikop zich bevinden in de
stand die wordt weergegeven in fig. I. Doe het volgende wan -
neer dit niet het geval is:
Verwijder de accu uit het gereedschap.
u
Maak de instelring (16) los door deze met de klok mee te
u
draaien.
Houd de greep (2) vast en draai de kop (8) tegen de klok
u
in.
Maak de ring (16) vast door deze tegen de klok in te
u
draaien.
Opmerking: De kop draait slechts in één richting.
Aan- en uitzetten (fig. L)
U schakelt het gereedschap in door de ontgrendeling-
u
sknop (3) ingedrukt te houden en vervolgens de trekker
(1) in te drukken. U kunt de ontgrendelingsknop (3)
loslaten zodra het gereedschap actief is.
Laat de trekker los om het apparaat uit te schakelen.
u
Waarschuwing! Probeer nooit om een trekker in de inge-
schakelde stand te vergrendelen.
Powerselect
De vermogensboostfunctie (9) bevindt zich op de handgreep.
Met deze functie kunt u de prestaties van het gereedschap
optimaliseren en indien nodig het vermogen verhogen.
Voor de meeste snoeiwerkzaamheden kunt u het gereed-
u
schap in de 'ECO'-stand zetten. (De accu is dan minder
snel leeg.)
Schakel indien gewenst over op de 'TURBO'-stand
u
wanneer u te maken krijgt met hoge, vochtige of dikke
begroeiing.
Tips voor optimaal gebruik
Algemeen
U krijgt de beste maairesultaten wanneer u uitsluitend
u
droog gras maait.
NEDERLANDS
47