The AS620RF-TR verzend-/ontvangstmodule
Om het voor u gemakkelijker te maken, kan de
geheugenbewerking worden gedaan voordat de module is
geïnstalleerd. Dit maakt de verificatie van het leren van de
code eenvoudiger. Programmering moet worden uitgevoerd
met de AAN/UIT- en ALARM-ingangen in de stand-bymodus:
Sluit T3 aan op +ve of T4 aan op –ve
1.
Sluit T5 aan op +ve of T6 aan op –ve
2.
3.
Sluit de voeding aan op T1 en T2
Codes toevoegen aan het geheugen
De sirene en de verzend-/ontvangstmodule zijn af fabriek niet
aan elkaar gekoppeld. Voordat u de installatie start, moet de
unieke code van de verzend-/ontvangstmodule worden
toegevoegd aan het geheugen van de sirene en omgekeerd.
Als uw systeem over meer dan een sirene beschikt, moet u 1
verzend-/ontvangstmodule gebruiken in uw systeem en elke
sirene afzonderlijk in de verzend-/ontvangstmodule
programmeren. De verzend-/ontvangstmodule kan maximaal 8
draadloze sirenes bedienen, met de mogelijkheid om alle
gegevens van de in het geheugen opgeslagen sirenes te
ontvangen en te beheren.
De AS620RF-TR verzend-/ontvangstmodule opslaan in het
geheugen van de AS620RF-sirene
1.
Druk op P2-knop op de sirene. De LED DL1 gaat branden
(blijft branden).
2.
Laat de P2-knop binnen 5 seconden los. De LED DL1
begint langzaam te knipperen.
3.
Druk op de kaart van de verzend-/ontvangsmodule op P1-
knop. De sirene slaat de code op in het geheugen en
bevestigt dit met een pieptoon en een knipperende LED.
De AS620RF-sirene opslaan in het geheugen van de
AS620RF-TR verzend-/ontvangstmodule
1.
Druk op de kaart van de verzend-/ontvangstmodule ten
minste 5 seconden lang op de P2-knop. Op de display
wordt gedurende 2 seconden "P" weergegeven, gevolgd
door een knipperend "1".
2.
Druk op de sirenekaart op P1-knop. Wanneer de LED snel
begint te knipperen, verstuurt de sirene een code en gaat
de display op de verzend-/ontvangstmodule branden om
het opslaan in het geheugen te bevestigen.
Als er meer dan 1 sirene moet worden geprogrammeerd,
worden telkens als u de P2-knop kort indrukt de nummers
achtereenvolgens weergegeven, van 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en weer
terug naar 1, 2, enz.
De programmering afsluiten
Houd ten minste 5 seconden lang P2 ingedrukt. Op de display
wordt een streepje weergegeven, waarna de normale
ontvangsbewerking begint.
De programmeermodus wordt overigens na 3 minuten
automatisch afgesloten.
P/N 1070210 • REV C • ISS 15DEC20
Een code in het geheugen annuleren
1.
Houd ten minste 5 seconden lang P2 ingedrukt en
selecteer hiermee het nummer van een eerder in het
geheugen opgeslagen sirene (display voortdurend aan).
2.
Houd ten minste 5 seconden lang P1 ingedrukt. De
display begint te knipperen en wacht vanuit stand-by op
een nieuwe geldige code.
3.
Druk op P2 om de programmering af te sluiten.
Installatie
De sirene installeren
De sirene moet worden geïnstalleerd door een installateur. De
4 openingen op de bodemplaat (zie afbeelding 5) dienen
ervoor om de sirene met de juiste pluggen en M5-schroeven
op de gewenste locatie te bevestigen. Installeer de sirene niet
op metalen oppervlakken, omdat dit het radiobereik negatief
kan beïnvloeden. Voorkom ook een installatie te dicht bij
magnetische velden, zoals electropanelen, stroommeters,
hijskranen, steigers, enz. De kant van de sirene waar de
interne antennes zich bevinden mag niet in de buurt van
ijzeren balken, ijzeren platen, enz. worden geïnstalleerd.
Plaats de sirene zo dicht mogelijk in de buurt van de
AS620RF-TR-kaart.
De verzend-/ontvangsmodule installeren
Monteer de module in de centrale indien deze over een plastic
behuizing beschikt. De module kan ook in een afzonderlijke
plastic behuizing met een sabotageschakelaar worden
geïnstalleerd.
Sluit de ingangen en uitgangen aan volgens het gedeelte
"Ingangen en uitgangen op de verzend-/ontvangstmodule" en
schakel de module in.
Het systeem testen
Voer een aantal tests uit om te controleren of de sirene correct
werkt: verstuur een alarmsignaal en het activerings-
/deactiveringssignaal vanaf de centrale waar eerder de
AS620RF-TR-kaart is geïnstalleerd. Controleer de
communicatie van de sirene naar de verzend-/ontvangsmodule
door bijvoorbeeld een sabotagetest uit te voeren.
Sluit de plastic kap van de sirene met de meegeleverde
schroeven. Voer de radiocontrole opnieuw uit.
Opmerkingen over sabotagebescherming sirene
Wanneer er sabotage wordt gedetecteerd, verstuurt de sirene
onmiddelijk een sabotagesignaal naar de centrale en wordt er
een onafhankelijke alarmcyclus gestart.
Als u de behuizing wilt openen zonder een alarm te genereren:
het sabotagebeschermingscircuit wordt niet verwerkt
gedurende de eerste 15 seconden na ontvangst van het
deactiveringssignaal van het systeem.
Opmerkingen over batterijfouten
Wanneer de batterijspanning onder de 6 V valt, wordt deze
informatie toegevoegd aan alle transmissies naar de centrale.
Het geluidsignaal verdubbelt in frequentie en de flitser knippert
nog sneller.
Indien geluids- en optische signalen zijn genegeerd aan de
hand van DIP switches 5 en 6, worden deze automatisch
23