6.3 Behandelingsritme
Bij lichaamsbehandelingen:
• De eerste 3 tot 4 ontharingssessies met het apparaat dienen steeds ongeveer twee we-
ken na elkaar plaats te vinden.
• De 5e tot en met de 7e ontharingssessies met het apparaat dienen ongeveer vier weken
na elkaar plaats te vinden. Daarna zult u het apparaat normaal gesproken van tijd tot tijd
en wanneer nodig gebruiken, tot u een langdurig resultaat hebt bereikt.
Bij gezichtsbehandelingen:
• De eerste 6 ontharingssessies met het apparaat dienen steeds ongeveer twee weken na
elkaar plaats te vinden.
• De 7e tot en met de 12e ontharingssessies met het apparaat dienen steeds ongeveer vier
weken na elkaar plaats te vinden. Daarna zult u het apparaat normaal gesproken van tijd
tot tijd en wanneer nodig gebruiken, tot u een langdurig resultaat hebt bereikt.
Dit komt overeen met het aanbevolen behandelingsschema, waarmee aantoonbaar de
beste resultaten worden bereikt. U kunt uw persoonlijke behandelingsschema ook anders
inkleden en toch tevredenstellende resultaten bereiken.
6.4 Na de behandeling met het apparaat
1. Als u klaar bent met de ontharingssessie houdt u de AAN-/UIT-/Energiekeuzetoets 3 se-
conden ingedrukt. Als het kleine groene controlelampje knippert, bevindt het apparaat
zich in de stand-bystand.
2. Haal de netadapter uit het stopcontact.
3. Het wordt aanbevolen om het apparaat, in het bijzonder het lichtvlak, na iedere ontha-
ringssessie te reinigen (zie 'Reiniging en onderhoud').
4. Na het reinigen kunt het apparaat het beste opbergen in de originele doos en uit de buurt
van water.
5. Gebruik na de behandeling geen antitranspirant of deodorant, om huidirritaties te voor-
komen.
7. Reiniging en onderhoud
7.1 Reinigen van het apparaat
Het wordt aanbevolen om het apparaat, in het bijzonder het lichtvlak, na iedere ontharings-
sessie te reinigen.
Gebruik voor reiniging geen oplosmiddelen of andere agressieve reinigings- of schuur-
middelen, omdat die het oppervlak kunnen beschadigen.
Dompel het apparaat of de onderdelen nooit onder in water!
1. Haal de netadapter uit het stopcontact voordat u met de reiniging van het apparaat begint.
2. Reinig de behuizing van het apparaat met een droge, schone reinigingsdoek.
116