Programmeer de code van de detectiezone of van de gekozen groep (reeks van 4
cijfers bestaande uit "0" en "1") door op de toetsen "0" en "1" van uw detector te
drukken zoals hieronder beschreven:
Begin de
programmering
door een eerste
gelijktijdige druk
op de 2 toetsen
"0" en "1" tot
het controlelampje
niet meer brandt.
Uw detector is nu toegewezen aan een gekozen detectiezone of groep. Indien u
deze programmering later wenst te veranderen, dan dient u de programmering van
de detectiezone of groep te herbeginnen (na het openen van de detector).
Verifiëring
!
De centrale moet in testmodus staan om deze verifiëring door te voeren.
Om de toewijzing aan een groep of aan een detectiezone te verifiëren, druk kort op de
G
testtoets van de detector en controleer of de centrale:
- een geluidsbericht weergeeft en er op de centrale een controlelampje gaat branden,
- een stembericht weergeeft dat de gekozen toewijzing meedeelt.
Indien de centrale niet reageert zoals verwacht, herneem dan de programmering van de
detector.
Om deze programmering later te veranderen, dient u de toewijzingsprocedure van een
G
detector aan een groep te herbeginnen.
Druk een tweede
maal gelijktijdig
op de 2 toetsen
"0" en "1" tot het
controlelampje
niet meer brandt.
Druk 4 maal kort
de opeenvolgende
cijferreeks van
de detectiezone-
of groepscode.
Het rode
controlelampje
zal bij elke druk
branden.
23
Bevestig de program-
mering door gelijktijdig
op de 2 toetsen "0"
en "1" te drukken tot
het controlelampje
niet meer brandt. Het
controlelampje brandt
gedurende 5 sec. om de
correcte programmering
te bevestigen.
NL