Externe Audiobronnen - Renault Radio Connect R&GO Mode D'emploi

EXTERNE AUDIOBRONNEN

Uw systeem heeft ingangen om één of
meer externe audiobronnen aan te sluiten
(USB-stick, mp3-speler, iPod, Bluetooth-
audioapparaat enz.).
Er zijn verschillende mogelijkheden om uw
draagbare audioapparaat aan te sluiten:
– USB -aansluiting(en);
– Jack aansluiting;
– Bluetooth® verbinding.
NB: de formaten van de aux-audiobronnen
kunnen MP3, WMA en AAC zijn.
USB-aansluiting(en)
Aansluiting
Verbind de stekker van de iPod® of de USB-
stick met de USB-aansluiting.
Zodra het apparaat is aangesloten, wordt
de afgespeelde track automatisch weerge-
geven.
NL.16
(1/2)
Gebruik
– iPod®:
Na uw iPod® te hebben aangesloten, zijn
de menu's toegankelijk vanaf uw audiosys-
teem.
Het systeem bewaart dezelfde afspeellijsten
als die van uw iPod®.
– USB-stick:
Het afspelen van audiobestanden start au-
tomatisch.
Om naar de boomstructuur van uw audio-
bron te gaan, draait u aan of drukt u op 6
of 21.
NB: het willekeurig afspelen op een usb-stick
werkt net als voor een CD MP3. Raadpleeg
hoofdstuk "Een CD/CD MP3 beluisteren"
paragraaf "Willekeurig afspelen (Mix)".
NB: de herhalingsfunctie op een USB-stick
werkt net als bij een CD MP3. Raadpleeg
het hoofdstuk "Een CD/CD MP3 beluiste-
ren", paragraaf "Herhalen".
Jack-aansluiting
Aansluiting
Sluit de Jack van de aux-ingang 13 met
behulp van een specifieke kabel (niet mee-
geleverd) aan op de hoofdtelefoonuitgang
van het draagbare audioapparaat (meestal
een 3,5 mm plug).
NB: u kunt een track niet rechtstreeks via
uw audiosysteem selecteren. Om een track
te selecteren moet u rechtstreeks de audio-
speler bedienen, bij stilstaande auto.
Gebruik
Op het scherm van het systeem wordt enkel
de tekst "AUX" weergegeven. Er wordt geen
aanduiding van de naam van de artiest of de
track weergegeven.
NB: om de gevoeligheid van de Jack,-
aansluiting te regelen, raadpleegt u het
hoofdstuk "Systeeminstellingen".