OPGELET: HET GEBREK AAN OVEREENKOMST TUSSEN DE SPANNING VAN DE
NOODSTARTER DE SPANNING VAN DE INSTALLATIE VAN HET VOERTUIG KAN EXPLOSIES
VEROORZAKEN, SCHADE AAN HET VOERTUIG EN HET PRODUCT, EN LETSELS AAN
PERSONEN.
• Alvorens te starten, moet u de lichten van het voertuig doven en al het eventueel werkende
toebehoren uitschakelen.
• AANDACHT: breng de twee klemmen van de pooltangen (positief = rood en negatief = zwart)
NOOIT met elkaar in contact.
• AANDACHT: keer de polariteit nooit om. Verbind altijd de uitgaande geleider met de rode
pooltang (+) met de positieve pool van de accu, en de uitgaande geleider met de zwarte
pooltang (-) met de massa van het voertuig.
• AANDACHT: Het omkeren van de polariteit kan explosies veroorzaken, schade aan het
voertuig en het product, en letsels aan personen.
• Verkeerd gebruik van de noodstarter of geknoei met het interne elektronische circuit van het toestel
doet de garantie vervallen.
HOE DE NOODSTARTER OPLADEN?
De noodstarter kan op twee manieren opgeladen worden: d.m.v. de bijgeleverde oplader (9)
(adapter), of door de noodstarter direct te verbinden via de sigarenaansteker met de 12 V van het
voertuig d.m.v. van de daarvoor voorziene kabel (7).
AANDACHT: laad de noodstarter onmiddellijk na aankoop en na elk gebruik gedurende minstens 48
uur op. Indien hij niet wordt gebruikt, laad dan de noodstarter minstens een keer per maand op om de
inwendige accu in perfecte staat te houden.
De noodstarter opladen d.m.v. de 230 Vac-lader
1. Vergewis u ervan dat er geen toestel verbonden is met de noodstarter. Controleer d.m.v. de TEST-
knop (3) de lading van de accu op voltmeter (rood, accu 30% geladen - geel, accu 60% geladen -
groen, accu 100% geladen) (2). Om de test goed uit te voeren, moet u de drukknop minstens 10
seconden ingedrukt houden. Als de wijzer van de voltmeter NIET in de groene zone komt, laad dan
de accu van de noodstarter op.
2. Verbind de stekker (8) van de 230 V-lader (9) met de 12 VDC (4) ingang op de voorkant
of aan de
achterkant
van de noodstarter.
3. Verbind de oplader (9) (adapter) met een stopcontact van het 230 V-net.
4. Als de noodstarter niet gebruikt wordt, laad hem dan minstens een keer per maand op gedurende
48 uur om de inwendige accu in perfecte staat te houden. De oplader (adapter) van de noodstarter
werkt automatisch en mag dus permanent met de noodstarter verbonden blijven, ook als deze niet
wordt gebruikt.
OPGELET: Gebruik alleen de meegeleverde oplader.
OPGELET:Als de interne accu van de noodstarter niet wordt opgeladen, controleer dan de staat van
de zekering in de stekker van de oplader (8), en vervang hem zo nodig.