Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
2. Open het deksel van het apparaat (1) en vul het
waterreservoir (2) met koud, vers kraanwater. De
markeringen op het waterreservoir (2) geven het
waterniveau aan dat benodigd is om het gewenste aantal
koppen te zetten. Overschrijf het max. vulniveau niet (12
koppen).
3. P laats een standaard filterzakje (formaat 1 x 4) in de
filterhouder (6). Zorg ervoor dat u de randen van het
filterzakje vouwt en ligt omlaag drukt.
Opmerking: Als u gebruik maakt van een filterzakje, verwijder
het permanente filter dan uit de filterhouder voordat u het
filterzakje plaatst.
4. G ebruik voor elke kop koffie een afgestreken maatschepje
(9) gemalen koffie. Pas de hoeveelheid koffie aan voor
sterkere of mildere koffie!
5. Sluit het deksel van het apparaat (1) en plaats de kan (5)
in het apparaat. Zorg ervoor dat de kan (5) goed in het
apparaat is geplaatst.
6. D ruk op de aan/uit-knop (3) om het apparaat in te
schakelen. Het ingebouwde indicatielampje geeft aan
dat het apparaat in bedrijf is. Het koffiezetproces kan op
elk willekeurig moment worden onderbroken door op de
aan/uit-knop (3) te drukken. Zodra het apparaat weer
wordt ingeschakeld, gaat het apparaat verder met het
koffiezetproces.
Opmerking: Als u een kop koffie wilt drinken voordat het
koffiezetproces is voltooid, haal de kan (5) dan uit het apparaat.
Het druppelen stopt automatisch door de automatische
druppelstop. Plaats de kan (5) binnen 30 seconden terug,
het druppelproces wordt automatisch hervat.
7. N adat het koffiezetcyclus is voltooid (er druppelt geen
water meer door het filter), kan de kan (5) worden
uitgenomen. Open het deksel niet tijdens het serveren
30
Publicité
