4.2
NIVELLERING MAAIDEKKEN ________________________________________________
Als de maaidekken of zwenkwielen zijn verwijderd voor
service of sprake is van ongelijke maaihoogte, dan kan
het nodig zijn om de maaidekken te nivelleren. Stel de
zwenkwielen zodanig af dat de buitenste messen zich
binnen een afstand van 3 mm van elkaar bevinden.
1. Zet de tractor met de dekken op een hard, horizon-
taal vlak. Positioneer de messen parallel aan de trac-
tor, zoals afgebeeld.
2. Controleer of de spanning in alle zwenkwielbanden
gelijk is.
L
B
B
B
3. Stel de gewenste maaihoogte van de dekken in met
behulp van de meegeleverde 13 mm afstandss-
tukken (E). Zie sectie 4.5.
4. Meet de hoogte vanaf het grondoppervlak tot de
voorrand (B) van de twee buitenste messen voor de
zijmaaidekken en het middelste deel van het voorste
maaidek. Plaats de 3 mm nivelleerpakkingen (C)
boven
of
overeenkomstig wat nodig is om een gelijke
maaihoogte van alle dekken te bereiken. Houd de
1,5 mm drukschijven (D) in positie zoals afgebeeld,
een
boven
zwenkwieldraaipunt.
L
B
B
AFSTELLINGEN
onder
het
zwenkwieldraaipunt,
en
de
ander
C
D
C
4
onder
het
E
HR018
Afb. 4A
NL-17