GEBRUIKSHANDLEIDING
PERSOONLIJKE BESCHERMINGSMIDDELEN DIE GEDRAGEN MOETEN WORDEN
VEILIGHEIDSSCHOENEN
BESCHERMENDE HANDSCHOENEN VOOR FYSISCHE AGENTIA
HELM
INSTALLATIE
Neem de algemene waarschuwingen in acht voordat u met de
installatie begint. Bovendien:
- Controleer de maximum werklast (WLL) van de takel om er zeker
van te zijn dat de capaciteit geschikt is.
- Controleer of de lastketting niet verdraaid is geraakt en correct is
geïnstalleerd.
Pas nadat de voorafgaande controles zijn verricht is het mogelijk om
de takel op het ankerpunt aan te sluiten en de volgende controles
uit te voeren:
- Controleer of de takel met behulp van de ophanghaak correct is
opgehangen en of de veiligheidspal volledig is gesloten.
- Controleer of de lastketting tijdens de installatie niet verdraaid is
gaan zitten.
- Controleer of de hef- en neerlaatlfuncties naar behoren werken
zonder lasten aan te brengen.
- Als de takel op mobiele verankeringsmiddelen (bijv. hijswagens) is
geïnstalleerd, controleert u of deze inrichtingen goed werken.
Nadat deze controles met succes zijn uitgevoerd, brengt u de last op
zijn plaats aan en verzekert u zich ervan dat:
- De aansluitinrichting van de last volledig op de lasthaak rust en dat
de veiligheidspal volledig kan worden gesloten.
- De last die aan de takel wordt gehangen vrij kan worden uitgelijnd
met het verankeringspunt van de takel.
HANDELINGEN
Om de lengte van de hijsketting af te stellen moet als volgt worden
gehandeld:
- Zet de bewegingskeuzeschakelaar in de neutrale stand "N" (Afb.
2a - Afb. 3a).
- Draai de knop tegen de klok in om de rem te openen; de ketting
wordt losgelaten.
- Als het niet mogelijk is om de knop te draaien, zet u de
keuzeschakelaar in de stand om de ketting neer te laten "D" (Afb.
2c – Afb. 3c) en trekt u de ketting met behulp van de lasthaak
omlaag; zet de keuzeschakelaar vervolgens opnieuw in "N" en trek
met behulp van de eindaanslag aan de onderkant aan de losgelaten
ketting.
- Bevestig de lasthaak aan de last die moet worden opgetild of
waaraan moet worden getrokken, of aan het punt waar de spanning
op moet worden toegepast. Span de ketting licht aan door aan de
eindaanslag aan de onderkant aan de ketting te trekken.
- Draai de knop met de klok mee; de rem is gesloten en de ketting zit
nu in de takel.
De takel besturen:
- Om te tillen, te trekken, te spannen zet u de keuzeschakelaar in de
stand "U" en beweegt u de bedieningshendel naar voren en naar
achteren.
Opmerking: bij maatregelen met beveiligingssysteem tegen
overbelasting is het niet mogelijk om te tillen als de last groter is dan
1,5 x WLL, of om spanning toe te passen met een kracht die groter
dan 1,5 x WLL.
Herhaalde activeringen van het beveiligingssysteem tegen
overbelasting kunnen het systeem beschadigen en de
drempel die de belasting begrenst verlagen.
Afb
. 2
Afb
. 3
- Om de takel te laten zakken of los te laten, zet u de keuzeschakelaar
in de stand "D" en beweegt u de bedieningshendel naar voren en
naar achteren.
Belangrijk:
Let er bij het buiten bedrijf stellen van de takel op dat er geen
lasten zijn aangebracht en dat de ketting voldoende los wordt
gelaten om deze van de last te kunnen verwijderen.
Laat de keuzeschakelaar nooit in de "N"-stand staan als er een
last aan de takel hangt of als er spanning op wordt uitgeoefend.
Zorg ervoor dat de keuzeschakelaar in de gewenste stand
staat en niet tussen twee standen in.
Kom niet aan de knop tijdens een manoeuvre of wanneer een
last aan de takel hangt.
Om onevenwichtige bewegingen van de last te voorkomen,
wordt aanbevolen de bedieningshendel niet snel te bewegen.
Om te vorkomen dat er aan de last wordt gerukt, wordt
aanbevolen de bedieningshendel met constante bewegingen
te bedienen.
NL
19