Circulatiepomp voor verwarming en solar
113
10. Pompinstelling en vermogen
10.1 Instructies voor de vermogenscurve
Elke pompinstelling, met uitzondering van de AUTO-modus,
resulteert in een vaste prestatiecurve op basis van opvoerhoogte en
volumestroom. De AUTO-modus varieert de prestaties in het
gearceerde gebied van de prestatiediagrammen. Zie ook paragraaf
10.2.
Het tweede diagram in paragraaf 10.2 toont het elektrische
stroomverbruik (P) in verhouding tot het leveringsvolume (Q) voor
de respectieve bedrijfsmodus.
Karakteristieke omstandigheden
De volgende beschrijving heeft betrekking op de prestatiecurven in
deze gebruiksaanwijzing:
Testvloeistof: water zonder luchtbellen
Toepasselijke karakteristieke dichtheid p = 983,2 kg / m
,
3
vloeistoftemperatuur is +60 °C.
Alle waarden uitgedrukt door karakteristieke curven zijn gemiddelde
waarden en kunnen niet worden beschouwd als gegarandeerde
karakteristieke curven. Als een bepaalde prestatie vereist is, moet de
meting apart worden uitgevoerd. De onderliggende viscositeit in het
diagram is v = 0,474 mm
2
/ s.
Hoogefficiënt. Eenvoudig. Goed!
NL