Télécharger Imprimer la page

Makita CA5000 Manuel D'instructions page 36

Masquer les pouces Voir aussi pour CA5000:

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 12
zijwaarts versprongen van het zaagblad en niet
in een rechte lijn erachter. Door terugslag kan de
zaag achterwaarts springen, maar de kracht van
de terugslag kan met de juiste voorzorgsmaatre-
gelen door de gebruiker worden opgevangen.
2.
Wanneer het zaagblad vastloopt, of wanneer
u om een of andere reden het zagen onder-
breekt, laat u de aan-uitschakelaar los en
houdt u de zaag stil in het materiaal totdat het
zaagblad volledig tot stilstand is gekomen.
Probeer nooit de zaag uit het werkstuk te halen
of de zaag naar achteren te trekken, terwijl het
zaagblad nog draait omdat hierdoor een terug-
slag kan optreden. Onderzoek waarom het zaag-
blad is vastgelopen en tref afdoende maatregelen
om de oorzaak ervan op te heffen.
3.
Wanneer u de zaag weer inschakelt terwijl
het zaagblad in het werkstuk zit, plaatst u het
zaagblad in het midden van de zaagsnede en
controleert u dat de tanden niet in het materi-
aal grijpen. Als het zaagblad is vastgelopen, kan
wanneer de zaag wordt ingeschakeld het zaag-
blad uit het werkstuk lopen of terugslaan.
4.
Ondersteun grote platen om de kans te mini-
maliseren dat het zaagblad bekneld raakt of
terugslaat. Grote platen neigen door te zakken
onder hun eigen gewicht. U moet de plaat onder-
steunen aan beide zijden, vlakbij de zaaglijn en
vlakbij de rand van de plaat.
► Fig.2
► Fig.3
Gebruik een bot of beschadigd zaagblad niet
5.
meer. Niet-geslepen of verkeerd gezette tanden
maken een smalle zaagsnede wat leidt tot grote
wrijving, vastlopen en terugslag.
6.
De vergrendelhendels voor het instellen van
de zaagbladdiepte en verstekhoek moeten
vastgezet zijn alvorens te beginnen met zagen.
Als de afstellingen van het zaagblad tijdens het
zagen verlopen, kan dit leiden tot vastlopen of
terugslag.
7.
Wees extra voorzichtig wanneer u een inval-
zaagsnede maakt in een bestaande wand of
een andere plaats waarvan u de onderkant niet
kunt zien. Het zaagblad zou een hard voorwerp
kunnen raken, met als gevolg een gevaarlijke
terugslag.
Houd het gereedschap ALTIJD met beide han-
8.
den stevig vast. Plaats NOOIT een hand, been
of een ander lichaamsdeel onder zoolplaat of
achter de zaag, speciaal bij het afkorten. Als
een terugslag optreedt, kan de zaag gemakkelijk
achteruit en over uw hand springen waardoor
ernstig persoonlijk letsel ontstaat.
► Fig.4
9.
Dwing de zaag nooit. Duw de zaag vooruit
met een snelheid waarbij het zaagblad niet
vertraagt. Als u de zaag dwingt, kan dat leiden
tot een ongelijkmatige zaagsnede, verminderde
nauwkeurigheid en mogelijke terugslag.
Functie van de beschermkap
1.
Controleer voor ieder gebruik of de bescherm-
kap goed sluit. Gebruik de zaag niet als
de beschermkap niet vrij kan bewegen en
onmiddellijk het zaagblad omsluit. Zet de
beschermkap nooit vast in de geopende stand.
Als u de zaag per ongeluk laat vallen, kan de
beschermkap worden verbogen. Controleer of de
beschermkap vrij kan bewegen en het zaagblad of
enig ander onderdeel niet raakt, onder alle ver-
stekhoeken en op alle zaagdiepten.
2.
Controleer de werking en toestand van de trek-
veer van de beschermkap. Als de beschermkap
en de veer niet goed werken, dienen deze te
worden gerepareerd voordat het gereedschap
wordt gebruikt. De beschermkap kan traag wer-
ken als gevolg van beschadigde onderdelen, gom-
of hardafzetting, of opeenhoping van vuil.
3.
Zorg ervoor dat de zool van de zaag bij inval-
zagen niet verschuift als de verstekhoek van
het zaagblad niet op 90° is afgesteld. Zijwaarts
verschuiven van het zaagblad veroorzaakt vastlo-
pen en waarschijnlijk terugslag.
4.
Let er altijd op dat de beschermkap het zaag-
blad bedekt voordat u de zaag op een werkbak
of vloer neerlegt. Een onbeschermd zaagblad
dat nog nadraait, zal de zaag achteruit doen lopen
waarbij alles op zijn weg wordt gezaagd. Denk aan
de tijd die het duurt nadat de trekkerschakelaar is
losgelaten voordat het zaagblad stilstaat.
Aanvullende veiligheidsvoorschriften
1.
Wees extra voorzichtig bij het zagen in nat
hout, druk-behandeld timmerhout en hout
met knoesten. Zorg dat het gereedschap steeds
soepel vooruit beweegt zonder dat de snelheid
van het zaagblad lager wordt, om oververhitting
van de zaagtanden te voorkomen.
2.
Probeer niet afgezaagd materiaal te verwij-
deren terwijl het zaagblad nog draait. Wacht
totdat het zaagblad volledig tot stilstand is
gekomen voordat u het afgezaagde materiaal
vastpakt. Het zaagblad draait nog na nadat het
gereedschap is uitgeschakeld.
3.
Voorkom dat u in spijkers zaagt. Inspecteer het
hout op spijkers en verwijder deze zo nodig
voordat u begint te zagen.
4.
Plaats het bredere deel van de zool van de
zaag op het deel van het werkstuk dat goed is
ondersteund, en niet op het deel dat omlaag
valt nadat de zaagsnede gemaakt is. Als het
werkstuk kort of smal is, klemt u het vast.
PROBEER NOOIT EEN KORT WERKSTUK IN
UW HANDEN VAST TE HOUDEN!
► Fig.5
Voordat u het gereedschap neerlegt na het
5.
voltooien van een zaagsnede, controleert u dat
de beschermkap gesloten is en het zaagblad
volledig tot stilstand is gekomen.
Probeer nooit te zagen waarbij de zaag onder-
6.
steboven in een bankschroef is geklemd. Dit
is uiterst gevaarlijk en kan leiden tot ernstig
persoonlijk letsel.
► Fig.6
7.
Sommige materialen bevatten chemische stof-
fen die giftig kunnen zijn. Neem voorzorgsmaat-
regelen tegen het inademen van stof en contact
met de huid. Volg de veiligheidsinstructies van
de leverancier van het materiaal op.
36 NEDERLANDS

Publicité

loading