4. Montage
4.1
NL
Bepaal de plaats voetplaat mbv het profiel voor de lateiafdichting.
NB! GECENTREERD T.O.V. HET HART VAN DE OPENING!
4.2
Bepaal het aantal vulplaten aan de hand van het verschil tussen HL en HR.
80
max. 3
4.3
20 Nm
Bevestiging van de vloerplaat bij VLOERMONTAGE.
4.4
Bevestiging van de vloerplaat bij WANDMONTAGE.
Laat ruimte vrij om de geleiding over de vloerplaat te kunnen
schuiven. Draai de bevestigingsbouten HANDVAST.
NL
81