Optie
MEASURING 4 (meten 4)
MEASURING 5 (meten 5)
MEASURING 6 (meten 6)
ZERO CAL (nulkalibratie)
SLOPE CAL (hellingskalibratie)
SHUTDOWN (uitschakeling)
STARTUP (opstarten)
GRAB SAMPLE (momentaan monster)
MARK END OF MEASUR (einde van
meting markeren)
Hold-modus voor fouten instellen
1. Druk op menu en selecteer SETUP SYSTEM (systeem instellen)>SETUP OUTPUTS (uitgangen
instellen)>ERROR HOLD MODE (hold-modus voor fouten).
2. Selecteer een optie.
Optie
UITGANG VASTH
VERPLAATSUITVOER Schakelt naar de overdrachtmodus wanneer de communicatie verloren gaat. De
Gegevens bekijken
De analyser slaat maximaal 18.000 gegevenspunten op. Nadat er 18.000 gegevenspunten zijn
opgeslagen, worden de oudste gegevenspunten overschreven door nieuwe gegevens.
1. Selecteer GEG.LOGBOEK TONEN.
2. Selecteer een optie.
Optie
GEG. ANALYSER Toont informatie over de analyserstatus (raadpleeg
MEETGEGEVENS Toont meetinformatie (raadpleeg
LOG-GEGEVENS
Element
CELL TEMP (temperatuur kuvet)
(temperatuur kuvet 1)
(temperatuur kuvet 1)
REAGENSTEMP.
OMG.STEMP.
136 Nederlands
Beschrijving
Sluit het relais tijdens de meetcyclus.
Sluit het relais tijdens de meetcyclus.
Sluit het relais tijdens de meetcyclus.
Sluit het relais tijdens de nulkalibratiecyclus.
Sluit het relais tijdens de hellingskalibratiecyclus.
Sluit het relais wanneer de uitschakelingsmodus actief is.
Sluit het relais tijdens de opstartcyclus.
Sluit het relais tijdens de meting van het momentaan monster.
Sluit het relais gedurende 1 seconde aan het einde van elke
meetcyclus.
Omschrijving
Zet de uitgangen op Hold op de laatst bekende waarde wanneer de communicatie
verloren gaat.
uitgangen gaan naar een vooraf gedefinieerde waarde.
Omschrijving
Selecteert het gegevenslogboek en/of het gebeurtenissenlogboek. DATA LOG
(GEGEVENSLOGBOEK) – toont de meetwaarden. Selecteer starttijd, aantal uren en/of
aantal meetwaarden. EVENT LOG (gebeurtenissenlogboek)—toont alle
analyserinformatie (bijv. alarmen, waarschuwingen, configuratiewijzigingen, enz.).
Selecteer starttijd, aantal uren en/of aantal meetwaarden.
Tabel 2 Analysergegevens
Definitie
Temperatuur van het verwarmingsblok voor de colorimeterkuvet (idealiter
49,8 °C tot 50,2 °C (121,64 °F tot 122,36 °F))
Temperatuur van het reagens voordat het in de colorimeter komt
Luchttemperatuur in het elektronicagedeelte
Tabel
Tabel
3).
2).