Weekprofiel 1-3: verwarmen, 4-6: koelen
Bij een CO-signaal wisselt het programma van verwarmen resp. koelen
automatisch naar het volgende schema:
1 (verwarmen) naar 4 (koelen), 2 (verwarmen) naar 5 (koelen), 3
(verwarmen) naar 6 (koelen) resp. omgekeerd.
„OSSF" voor het activeren („On") resp. desactiveren („OFF") van de smart start/
-stop functie. Is deze functie geactiveerd, berekent het systeem zelflerend, wan-
neer het met het verwarmen/koelen dient te beginnen, om op de gedefinieerde
verwarmingstijden exact de aangegeven temperatuur klaar te hebben.
6.1.6 Datum en uur instellen
1.
Langdurig op het instelwiel (E) drukken, om het configuratiemenu te openen.
2.
Het symbool „
tigen.
3.
Jaar, maand, dag en uur door draaien/drukken van het instelwiel (E) instellen
en telkens bevestigen.
6.1.7 Offset-temperatuur
Omdat de temperatuur aan het kamerbedieningstoestel Display gemeten wordt,
kan het op een andere plaats in de kamer kouder of warmer zijn. Via de offset-
-temperatuur (tot ±3.5 °C) wordt de afwijking gecorrigeerd.
" selecteren en door kortstondig indrukken de selectie beves-
Bedrijfsmodi en configuratie
101