De vermelde trillingsemissiewaarde kan ook wor-
den gebruikt om voor begin van de werkzaamhe-
den de nadelige gevolgen te beoordelen.
Beperk de geluidsontwikkeling en vibratie tot
een minimum!
•
Gebruik enkel intacte toestellen.
•
Onderhoud en reinig het toestel regelmatig.
•
Pas uw manier van werken aan het toestel
aan.
•
Overbelast het toestel niet.
•
Laat het toestel indien nodig nazien.
•
Schakel het toestel uit als het niet wordt ge-
bruikt.
•
Draag handschoenen.
•
Monteer houdgreep en evt. optionele trilgre-
pen vast aan het corpus van de machine.
Indien u een onaangenaam gevoel of een ver-
kleuring van de huid aan uw handen vaststelt
tijdens het gebruik van de machine, onderbreek
het werk dan onmiddellijk. Las voldoende werk-
pauzes in. Als er niet voldoende werkpauzes
worden ingelast, dan kan een hand-arm vibratie
syndroom optreden.
Er moet een inschatting van de belastingsgraad
afhankelijk van het werk resp. het gebruik van
de machine worden gemaakt, en er moeten
dienovereenkomstige werkpauzes worden voor-
zien. Op deze manier kan de belastingsgraad
tijdens de hele werktijd wezenlijk worden ver-
minderd. Minimaliseer het risico, waaraan u bij
trillingen bent blootgesteld. Verzorg deze machine
overeenkomstig de instructies in de handleiding.
Indien de machine vaker wordt ingezet resp.
gebruikt, dan moet u contact opnemen met uw
speciaalzaak en evt. toebehoren ter bescherming
tegen trillingen (grepen) aankopen.
Vermijd de inzet van de machine bij temperaturen
van t=10°C of lager. Stel een werkschema op,
waardoor de belasting door trillingen kan worden
begrensd.
Een zekere geluidsoverlast door dit apparaat valt
niet te vermijden. Plan geluidsintensieve werk-
zaamheden binnen toegelaten en daarvoor bedo-
elde tijden. Houd u aan evt. rusttijden en beperk
de werkduur tot het absoluut noodzakelijke. Voor
uw persoonlijke bescherming en ter bescherming
van personen in de buurt moet een adequate ge-
hoorbescherming worden gedragen.
Anl_CC_PO_1100_1_E_SPK9.indb 82
Anl_CC_PO_1100_1_E_SPK9.indb 82
NL
5. Vóór inbedrijfstelling
Controleer of de gegevens vermeld op het ken-
plaatje overeenkomen met de gegevens van
het stroomnet alvorens het gereedschap aan te
sluiten.
Waarschuwing!
Verwijder altijd de netstekker uit het stop-
contact voordat u het gereedschap anders
afstelt.
Montage (fi g. 4-6)
Let op! Trek vóór alle montagewerkzaamheden de
netstekker uit het stopcontact.
Druk op het spilarrêt alleen bij stilstand van het
apparaat.
6. Bediening
Beveilig het werkstuk. Zorg ervoor dat het te be-
werken werkstuk beveiligd is tegen wegglijden
d.m.v. een spaninrichting of een bankschroef.
In-/uitschakelen van het toestel
Het toestel wordt ingeschakeld (I) of uitgescha-
keld (0) met de AAN/UIT-schakelaar (fi g. 3 / pos.
3). Het toestel start echter pas na het bedienen
van de toerentalregeling (zie hoofdstuk 6.3).
Neem het apparaat voordat u het uitschakelt van
het te bewerken vlak af.
6.1 Gebruik als polijstmachine
Gebruik alleen speciale, voor de machine geschi-
kte was en polijstmiddelen.
Neem bij het gebruik van was en polijstmid-
delen de handleiding van de fabrikant in
acht!
Probleemloos wisselen van de polijstopzetstuk-
ken door klittenbandsluiting.
OPGELET!
Neem om beschadigingen aan de te polijsten vl-
akken van het werkstuk te vermijden absoluut de
volgende punten in acht:
•
Was vóór het polijsten het voertuig en houd
het vrij van verontreinigingen.
•
Zorg ervoor dat de meegeleverde polijstop-
zetstukken vrij zijn van verontreinigingen.
•
Let erop dat het opzetstuk altijd precies in
het midden op de polijst-/slijpschijf wordt
bevestigd.
- 82 -
13.02.2020 09:53:47
13.02.2020 09:53:47