10-555 / 10-555-50 / 10-585 / 10-585-50
Tijden instellen
Standaard zijn de volgende tijden geprogrammeerd:
Spreektijd na het starten van een gesprek
Duur dat het camerabeeld actief blijft
Aantal keer dat de rode led knippert als iemand een oproep wil doen terwijl
je het systeem bezet houdt (gesprek of geactiveerde camera)
Aantal keer dat de rode led knippert wanneer je de hoorn afhaakt of de
camera activeert en het systeem bezet is.
Duur dat een oproep gesignaleerd blijft
Je kan ook andere tijden instellen via
• de voeding (zie handleiding van voeding 10-801, 10-802 of 10-806)
• het servicetoestel (zie handleiding van servicetoestel 10-870)
• het relais (zie handleiding van relais)
5. TROUBLESHOOTING
Controleer bij problemen altijd eerst met een multimeter of de volgende spanningen aanwezig zijn:
• tussen b en a: ca. +24VDC;
• tussen b en P: ca. +24 VDC;
• tussen M en P: ca. +24VDC;
• tussen M en V1 of V2: ca. +5VDC.
Hieronder vind je een lijst van mogelijke problemen met hun oorzaken en oplossingen.
Probleem
Je hoort een negatieve toon als
je op
drukt.
Het beeld op de videobinnenpost
is onduidelijk.
Er is geen beeld op de video-
binnenpost. De andere functies
werken wel.
Er is geen spraak op de videobin-
nenpost. Enkel het beeld wordt
weergegeven.
4
Oorzaak
Er is een fout in de programmering.
Het systeem bevindt zich nog in program-
meermodus.
De videobinnenpost is niet correct aan-
gesloten.
Aan de toets zijn twee functies toegekend. Als er een gesprek gestart is, schakelt het relais om de deur te openen.
De aders V1 en V2 zijn omgewisseld.
De kabel is niet geschikt:
• de kabelafstand is te groot;
• de kabel is verweerd;
• de kabel heeft een te dunne sectie;
• het is geen twisted pair kabel.
De versterking op de splitters is niet goed
geregeld.
De bedrading is niet correct aangesloten:
• M of P ontbreken;
• V1 of V2 zijn niet aangesloten.
De jumpers zijn niet correct geconfigu-
reerd.
De bedrading is niet correct aangesloten.
Max. 2'
80"
5 maal binnen 10"
3 maal binnen 6"
2'
Oplossing
Wis de programmering en voer ze opnieuw uit.
Verlaat de programmeermodus.
Kijk de bedrading na.
Als er nog geen gesprek gestart is, schakelt het lichtrelais.
Wissel de aders V1 en V2 om.
Vervang de huidige kabel door een geschikte kabel.
Regel de versterking op de splitters met behulp van de potentiometers.
Kijk de bedrading na (zie aansluitschema).
Plaats de jumpers correct op de contacten (zie hoofdstuk Monteren)
Kijk de bedrading na (zie aansluitschema).
NL