Weergave
5
6
WIFI
7
AUTO
Functie
Apparaat in- of uitschakelen door de Power-toets kort
aan te raken.
Wifi-verbinding uit- en inschakelen door kort aan te
raken.
HOTSPOT-modus activeren door aanraken en 3 sec. vast
te houden. Een nauwkeurige beschrijving vindt u in het
hoofdstuk "Wifi / Hotspot".
Automatische modus
TO-toets kort aan te raken.
AAN: AUTO op het display knippert continu en het appa-
raat regelt de vermogensstanden automatisch al naarge-
lang de luchtvochtigheid in de ruimte.
Bij het inschakelen van AUTO verschijnt de gewens-
i
te luchtvochtigheid (50% vooraf ingesteld) twee keer
knipperend in de weergave HUMIDITY 1, daarna weer de
gemeten luchtvochtigheid in de ruimte.
Bij het overschrijden van de vooraf ingestelde
luchtvochtigheid met meer dan 5% wordt de ventila-
tor na ca. 60 sec. uitgeschakeld, en in de snelheidsweer-
gave 2 verschijnt geen vermogensstand. Er vindt geen
luchtbevochtiging plaats.
UIT: AUTO op het display brandt continu en het apparaat
draait met de ingestelde vermogensstand 1 - 3.
Gewenste luchtvochtigheid 30 – 70% instellen:
Druk 3 sec. op de AUTO-toets. Weergave HUMIDITY 1
knippert continu. Stel de gewenste luchtvochtigheid (in
stappen van 5%) in met de of + toets 3. Druk opnieuw
gedurende 3 sec. op de AUTO-toets totdat de weerga-
ve in HUMIDITY 1 niet meer knippert en de gemeten
luchtvochtigheid in de ruimte weer wordt weergeven.
Zorg ervoor dat de automatische modus ingeschakeld is:
weergave AUTO op het display knippert continu!
in- of uitschakelen door de AU-
NL
79