de speciale schraper op de glazen
plaat en verwijder resten door het
blad over het oppervlak te schuiven.
• Verwijder nadat de kookplaat
voldoende is afgekoeld: kalk- en
waterkringen, vetspatten en
metaalachtig glanzende
verkleuringen. Reinig de kookplaat
met een vochtige doek en een beetje
9. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
9.1 Wat moet u doen als...
Storing
U kunt de kookplaat niet in-
schakelen of bedienen.
Er klinkt een geluidssignaal
en de kookplaat wordt uit-
geschakeld.
Er klinkt een geluidssignaal
als de kookplaat wordt uit-
geschakeld.
De kookplaat schakelt uit.
niet-schurend reinigingsmiddel.
Droog de kookplaat na reiniging af
met een zachte doek.
• Verkleuring glanzende metalen
verwijderen: reinig het glazen
oppervlak met een doek en een
oplossing van water met azijn.
Mogelijke oorzaak
De kookplaat is niet aange-
sloten op een stopcontact of
is niet goed geïnstalleerd.
De zekering is doorgesla-
gen.
Stel gedurende 10 seconden
geen kookstand in.
U hebt 2 of meer sensorvel-
den tegelijk aangeraakt.
Er ligt water of er zitten vet-
spatten op het bedienings-
paneel.
U hebt een of meer tiptoet-
sen afgedekt.
U hebt iets op sensorveld
gezet.
NEDERLANDS
Oplossing
Controleer of de kookplaat
goed is aangesloten op het
lichtnet. Raadpleeg het aan-
sluitdiagram.
Ga na of de zekering de oor-
zaak van de storing is. Als de
zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact
op met een erkende installa-
teur.
Schakel de kookplaat op-
nieuw in en stel de kook-
stand binnen 10 seconden
in.
Raak slechts één tiptoets te-
gelijk aan.
Reinig het bedieningspa-
neel.
Verwijder het voorwerp van
de tiptoetsen.
Verwijder het object van de
tiptoets.
21