Installatie
Ventilatie van de vertrekken
NL
Dit apparaat mag uitsluitend worden geïnstalleerd in
permanent geventileerde ruimten, overeenkomstig
de geldende nationale voorschriften. In het vertrek
waar het apparaat wordt geïnstalleerd moet zoveel
lucht kunnen toestromen als nodig is voor de normale
gasverbranding (de luchtcapaciteit mag niet minder
zijn dan 2 m
/h per kW geïnstalleerd vermogen).
3
De luchttoevoeropeningen, beschermd door roosters,
moeten voorzien zijn van een leiding met een minstens
100 cm
bruikbare doorsnede en zo moeten zijn
2
geplaatst dat ze, zelfs niet gedeeltelijk, worden
verstopt, (zie afbeelding A).
Deze openingen moeten met 100% worden verbreed
- met een minimum van 200 cm
niet voorzien is van een thermokoppelbeveiliging en
wanneer de toevoer van lucht op indirecte manier van
aangrenzende vertrekken plaatsvindt (zie afbeelding
B) - mits dit geen gemeenschappelijke ruimtes zijn
van het gebouw, vertrekken met een verhoogd
brandgevaar of slaapkamers, die beschikken over een
ventilatieopening die verbonden is met buiten, zoals
zojuist beschreven.
Aangrenzend vertrek
A
A
Ventilatieopening voor
verbrandingslucht
Na een langdurig gebruik van het apparaat is het aan
te raden een raam te openen of de draaisnelheid van
eventuele ventilatoren te vermeerderen.
48
- als het fornuis
2
Te ventileren vertrek
B
Vergroting van de kier
tussen de deur en de vloer
Afvoer van de verbrandingsgassen
De afvoer van de verbrandingsgassen moet
plaatsvinden door middel van een afzuigkap die
is aangesloten op een veilige en goedwerkende
schoorsteen met natuurlijke trek, ofwel door middel
van een elektrische ventilator die automatisch in
werking treedt elke keer dat u het apparaat aanzet (zie
afbeeldingen).
Afvoer door een schoorsteen
Afvoer rechtstreeks
naar buiten
of vertakt rookkanaal
(alleen bestemd voor
kookapparaten)
De vloeibare petroleumgassen, die zwaarder zijn dan
de lucht, blijven laag hangen, daarom moeten LPG
flessen afvoeropeningen naar buiten toe hebben om
een eventuele gaslekkage naar onder toe af te kunnen
voeren.
Lege of halfvolle LPG flessen mogen dus niet worden
geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die lager liggen
dan de vloer (kelders, enz.). Het is beter alleen de in
gebruik zijnde fles in het vertrek te bewaren, ver van
warmtebronnen (ovens, open haard, kachels) die hem
tot temperaturen van meer dan 50°C zouden kunnen
brengen.