NEDERLANDS (Originele instructies)
1.
Knop
2.
Rode deel
3.
Accu
4.
Ster-merkteken
5.
Aanwijspunt
6.
Knop
7.
Uit-vergrendelhendel
8.
Aan/uit-schakelaar
9.
Schaafmes
10. Achterzool
11. Pootje
12. Dopsleutel
13. Bout
14. Losdraaien
15. Vastdraaien
16. Bouten
17. Cilinder
18. Cilinderdekplaat
TECHNISCHE GEGEVENS
Model
Schaafbreedte
Schaafdiepte
Rabatdiepte
Nullasttoerental (min
Totale lengte
Netto gewicht
Nominale spanning
• Als gevolg van ons doorlopende onderzoeks- en ontwikkelingsprogramma, zijn de technische gegevens van dit
gereedschap onderhevig aan veranderingen zonder voorafgaande kennisgeving.
• Specificaties en accu's kunnen van land tot land verschillen.
• Gewicht, inclusief de accu, volgens de EPTA-procedure 01/2003
Gebruiksdoeleinden
Het gereedschap is bedoeld om hout te schaven.
Algemene
veiligheidswaarschuwingen voor
elektrisch gereedschap
WAARSCHUWING Lees alle
veiligheidswaarschuwingen en alle instructies. Het
niet volgen van de waarschuwingen en instructies kan
leiden tot elektrische schokken, brand en/of ernstig letsel.
Bewaar alle waarschuwingen en
instructies om in de toekomst te
kunnen raadplegen.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGE
N ACCUSCHAAF
1. Wacht totdat de schaafmessen stilstaan alvorens
het gereedschap neer te leggen. De blootliggende,
ronddraaiende schaafmessen kunnen de ondergrond
Verklaring van het onderdelenoverzicht
19. Afstelplaat
20. Binnenzijde van meetplaat
21. Rand van het schaafmes
22. Schroeven
23. Hiel
24. Achterkant van meetblok
25. Meetplaat
26. Meetblok
27. Bolkopschroef
28. Positioneerlippen van schaafmes
29. Hiel van afstelplaat
30. Aanzetplaat
31. Binnenzijde van meetplaat
32. Achterkant van meetblok
33. Minischaafmes
34. Groef
35. Zeskantflensbouten
36. Mondstuk
-1
)
14,4 volt gelijkstroom
ENE001-1
GEA010-1
GEB064-2
37. Stofzak
38. Sluiting
39. Kniestuk
40. Begin
41. Einde
42. Schaaflijn
43. Schroef
44. Randgeleider (los verkrijgbaar)
45. Aanscherphouder
46. Vleugelmoer
47. Schaafmes (A)
48. Schaafmes (B)
49. Zijkant (D)
50. Zijkant (C)
51. Slijtgrensmarkering
52. Schaafselafdekking
53. Schroevendraaier
54. Koolborsteldop
DKP140
82 mm
1,6 mm
9 mm
15.000
329 mm
3,3 kg
raken waardoor u de controle over het gereedschap
kunt verliezen en ernstig letsel het gevolg kan zijn.
2. Gebruik klemmen of een andere praktische
methode om het werkstuk op een stabiele
ondergrond te bevestigen en ondersteunen. Als u
het werkstuk in uw hand of tegen uw lichaam geklemd
houdt, is het onvoldoende stabiel en kunt u de
controle erover verliezen.
3. Poetsdoeken, lappen, snoeren, touwen en
dergelijke mogen nooit rondslingeren op de
werkplek.
4. Voorkom dat u in spijkers schaaft. Inspecteer het
werkstuk op spijkers en verwijder deze zo nodig
voordat u ermee begint te werken.
5. Gebruik uitsluitend scherpe schaafmessen.
Behandel de schaafmessen voorzichtig.
6. Controleer dat de bevestigingsbouten van de
schaafmessen stevig vastgedraaid zijn voordat u
het gereedschap bedient.
7. Houd het gereedschap met beide handen stevig
vast.
8. Houd uw handen uit de buurt van draaiende delen.
9. Laat het gereedschap een tijdje draaien voordat u
het op het werkstuk gebruikt. Controleer op
DKP180
2 mm
333 mm
3,4 kg
18 volt gelijkstroom
31