4. Meten
4-1. Enkele afstandsmeting
Druk op om de afstandsmeting te activeren. De gemeten
waarde wordt onmiddellijk weergegeven.
Druk langer op deze toets om de continue meetfunctie te
activeren.
U kunt op deze toets drukken om de continue meting te stoppen
en langer indrukken zal het apparaat uitschakelen.
4-2. Max en min-meting (zie "Figuur G")
De continue meetfunctie (tracking) wordt gebruikt voor het
overbrengen van metingen, bijvoorbeeld van bouwplannen. In de
continue meetmodus kan het meetinstrument naar het doel
worden verplaatst, waardoor de meetwaarde ongeveer wordt
bijgewerkt. elke 0,5 seconde op de derde regel. De bijbehorende
minimum- en maximumwaarden worden dynamisch weergegeven
op de eerste en tweede regel.
De gebruiker kan bijvoorbeeld van een muur naar de gewenste
afstand gaan, terwijl de werkelijke afstand continu kan worden
gelezen.
De functie wordt automatisch beëindigd na een continue 500-
maal meting.
86