SE24
3 - AANWIJZINGEN VOOR DE INSTALLATIE
Alvorens met de installatie te beginnen, moet u een thermomagnetische schakelaar met een maximale
Ÿ
stroomsterkte van 10A stroomopwaarts van de installatie plaatsen. De schakelaar moet een omnipolaire
onderbreking van de contacten waarborgen, met openingsafstand van minstens 3 mm.
Differentieer en houd de vermogenskabels (met minimumdoorsnede 1,5 mm²) altijd gescheiden van de
Ÿ
signaalkabels (minimumdoorsnede 0,5 mm²) om eventuele interferenties te vermijden.
Voer de verschillende aansluitingen uit en raadpleeg hiervoor de volgende tabellen en de bijgevoegde
Ÿ
zeefdruk. Let er in het bijzonder op dat alle voorzieningen die met dezelfde N.C. (normaal gesloten) ingang
verbonden moeten worden, in serie en dat alle voorzieningen die dezelfde N.O. (normaal open) ingang delen, in
parralel worden aangesloten.
Een verkeerde installatie of een verkeerd gebruik van het product kan de veiligheid van het systeem in gevaar
Ÿ
brengen.
Alle verpakkingsmaterialen moeten vanwege het mogelijke gevaar buiten het bereik van kinderen worden
Ÿ
gehouden.
De fabrikant wijst elke verantwoordelijkheid af voor een niet correcte werking van de automatisering indien er
Ÿ
geen originele onderdelen en accessoires worden gebruikt die geschikt zijn voor de voorziene toepassing.
Na de installatie moet u steeds grondig controleren of zowel het systeem als de gebruikte voorzieningen
Ÿ
correct werken.
Deze handleiding richt zich tot personen die bevoegd zijn om "apparaten onder spanning" te installeren, en
Ÿ
vandaar dat een goede kennis van de techniek is vereist. De installatie moet uitgevoerd worden door vakmensen
die de geldende voorschriften in acht nemen.
Het onderhoud moet uitgevoerd worden door gekwalificeerd personeel.
Ÿ
Alvorens reiniging- of onderhoudswerkzaamheden uit te voeren, moet de apparatuur van het elektriciteitsnet
Ÿ
afgekoppeld worden.
De hier beschreven apparatuur mag alleen gebruikt worden voor het gebruik waarvoor het ontworpen is.
Ÿ
Controleer het definitief gebruik en verzeker u van dat alle noodzakelijke veiligheidsvoorzieningen zijn
Ÿ
genomen.
Het gebruik van de producten en hun bestemming voor andere dan de voorziene gebruiksdoeleinden is niet
Ÿ
door de fabrikant uitgetest, en dus vallen de uitgevoerde werkzaamheden volledig onder de verantwoordelijkheid
van de installateur.
Duid de automatisatie aan met behulp van duidelijk zichtbare waarschuwingsborden.
Ÿ
Waarschuw de gebruiker dat kinderen of huisdieren zich niet in de buurt van de automatisering mogen
Ÿ
ophouden of spelen.
Bescherm op een geschikte manier de gevaarpunten (bijvoorbeeld met behulp van een veiligheidsstrip).
Ÿ
4 - WAARSCHUWINGEN VOOR DE GEBRUIKER
In geval van defecten of storingen dient u de elektrische voeding vóór de apparatuur af te koppelen en de hulp
van de technische dienst in te roepen.
Controleer regelmatig de correcte werking van de beveiliging. Eventuele reparaties moeten uitgevoerd worden
door gespecialiseerd personeel dat gebruik maakt van originele en gecertificeerde reserveonderdelen.
Het product mag niet gebruikt worden door kinderen of personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke
of geestelijke capaciteiten, of zonder ervaring en kennis, of ze moeten op correcte wijze onderricht zijn. Kom niet
aan de besturingseenheid voor afstelling en/of onderhoud.
LET OP: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORZIENINGEN.
Het is belangrijk voor de veiligheid van de personen dat deze aanwijzingen gevolgd worden.
Bewaar deze instructie handleiding.
31
NL