3.2.2 Montage van de Flex-as
• Start de motor (zie hoofdstuk 3.3).
• Druk de vergrendelknop op het bovenste koppelingsdeel van Flex-as met de hand
in (afb. 3, pos. b) .
Afb. 2+3
• Schuif vervolgens het koppelingsdeel van de Flex-as in de DT-huls van de scheera-
andrijving en positioneer deze met een lichte ruk naar boven tot de vergrendel-
knop in de boring (afb. 3, pos. c) inklikt.
3.3 In-/uitschakelen van de scheerinstallatie
Belangrijk:
Let er op dat de ventilatieopeningen altijd vrij zijn (afb. 2+3, pos. a). Na het aansluiten
van de stroomverzorging blijft de scheeraandrijving uitgeschakeld. De scheerinstalla-
tie wordt m.b.v. het koord/de hendel (afb 2, pos. b) in-, resp. uitgeschakeld. De aand-
rijving wordt ingeschakeld door één keer naar beneden te trekken, een tweede keer
trekken schakelt de aandrijving weer uit.
Wordt bij lopende aandrijving de stroomverzorging onderbroken, dan schakelt de
motor om veiligheidsredenen automatisch zo uit, dat deze bij teruggekeerde netspan-
ning opnieuw m.b.v het koord/de hendel moet worden ingeschakeld.
4 Onderhoud
4.1 Reiniging
Onderbreek vóór het begin van de onderhoudswerkzaamheden de energietoevoer,
trek de stekker uit het stopcontact!
De scheerinstallatie met een droge doek van olie en vuil bevrijden. Gebruik geen
vloeistoffen!
4.2 Service
De scheeraandrijving moet om veiligheidsredenen elke jaar worden geïnspecteerd.
Het is belangrijk dat de functionaliteit van de gepatenteerde veiligheidsuitschakelins-
tallatie periodiek gecontroleerd wordt.
4.3 Smering
Smeer a.u.b. volgens de onderstaande gegevens, ontbrekende smering is de meest
voorkomende oorzaak van fouten bij niet tevredenstellende scheerresultaten.
4.3.1 Scheeraandrijving
Geen smering noodzakelijk.
8
Bedieningshandleiding / Eentoerige scheeraandrijving