Tip 2: De uitgangspositie is belangrijk: plaats het apparaat op een punt waarachter
zich géén metaal bevindt. In het andere geval wordt een fout weergeven (ERROR).
Storingen verhelpen: beweeg het apparaat een paar centimeter van de actuele positie
weg en begin opnieuw met de meting.
Tip 3: Bij veeleisende toepassingen, bijv. bij geribbeld staal, tast u het oppervlak zowel
horizontal als verticaal af.
Tip 4: Bovendien kunnen eventueel flexibele vloer- en wandverwarmingsbuizen worden
herkend die een metaalfolie bevatten en dicht onder het oppervlak liggen. Test deze
functie op plekken waar u het verloop van de buis kent.
Tip 5: houd uw vrije hand of andere voorwerpen tijdens het aftasten minimaal 15 cm
van het apparaat verwijderd om storingen te vermijden.
Tip 6: het apparaat vindt alléén de buitenste rand van metalen constructies die even-
tueel om deuren, vensters en hoeken zijn aangebracht. Vervolgens zoekt u de andere
rand van de metalen constructie. Beweeg het apparaat naar links en rechts over de
muur. Als de maximale weergave verschijnt, hebt u de rand van de metalen constructie
bereikt.
Tip 7: waarborg dat u daadwerkelijk een metalen object hebt gevonden. Controleer
daarvoor of andere metalen objecten aan beide zijden op gelijkmatige afstanden
voorhanden zijn, normalerwijze 30, 40 of 60 cm. Controleer bovendien op meerdere
plekken direct boven en onder de eerste gevonden plek of het daadwerkelijk om een
metalen object gaat.
Tip 8: getextureerde plafonds: het plafond moet worden afgedekt met beschermend
karton. Zoek hier met de maximale gevoeligheid van het apparaat, d.w.z.: kalibreer het
apparaat in de lucht.
Opmerking: Bij objecten die zich zeer diep in de wand bevinden kan het gebeuren dat
geen volledige uitslag aangegeven wordt.
7
AC-SCAN-meting
Lokaliseren van spanningvoerende leidingen direct onder pleisterwerk resp. houtpanelen
en andere niet-metalen bekistingen. Spanningvoerende leidingen in droogbouwmuren
met metalen regelwerk worden niet gedetecteerd.
– Selecteer AC-SCAN (toets 4).
– Zodra CAL verandert in CAL OK kunt u het apparaat bewegen.
– MOVE: beweeg het apparaat langzaam over het oppervlak.
4 A
B
C
Beperking van het
meetobject door er
meerdere malen over-
heen te bewegen
Tip 1: De handmatige kalibratie dient in de buurt van de als laatste gevonden positie
te worden uitgevoerd, zie grafiek B/C. Herhaal deze werkstappen zo nodig.
Tip 2: Op grond van statische oplading kunnen naast de daad werkelijke leidingpositie
eventueel elektrische velden worden ontdekt. Voer elektrische lading af door uw vrije
hand op de muur te leggen.
Tip 3: Werk langzaam, omdat wrijving storende lading kan veroorzaken.
12
NL
Handmatige
kalibratie
Handmatige
kalibratie