ledig of zonder de toestemming van de
fabrikant omgebouwd apparaat. Con-
troleer vóór het gebruik de veiligheids-
toestand van het apparaat, meer in het
bijzonder van de net aan sluit leiding en
van de schakelaar.
•
Maak uitsluitend gebruik van het appa-
raat indien het volledig gemonteerd is.
•
Gebruik het apparaat in de modus "Aan-
zuigen" uitsluitend indien de opvangzak
aangebracht is.
•
Zuig geen brandende, gloeiende of
rokende materialen (bijvoorbeeld si-
garetten, vuur(gloed)), dampen of licht
ontvlambare, giftige of explosieve stoffen
aan.
•
Zuig geen vochtig of nat materiaal en
geen vloeistoffen aan.
•
Gebruik uitsluitend (reserve)onderdelen
die door ons servicecentrum (kijk op
pagina 35) worden geleverd en aanbe-
volen.
•
Maak uitsluitend gebruik van reserveon-
derdelen en toebehoren, die door de fa-
brikant geleverd en aanbevolen worden.
•
Trek de stekker uit het stopcontact wan-
neer:
- u het apparaat niet gebruikt, wanneer u
het apparaat laat vervoeren of wanneer
u het zonder toezicht achterlaat;
- u het apparaat controleert, het reinigt of
wanneer u blokkeringen verwijdert;
- u reinigings- of onderhoudswerkzaam-
heden doorvoert of toebehoren uitwis-
selt;
- de voedingskabel of het verlengsnoer
beschadigd is;
- na aanraking met vreemde voorwerpen
of in geval van abnormale trillingen.
•
Gebruik het apparaat niet in gesloten of
slecht verluchte lokalen.
•
Gebruik het apparaat niet in de nabij-
heid van ontvlambare vloeistoffen of
gassen. Indien dit niet in acht genomen
wordt, bestaat er brand of ontploffings-
gevaar.
•
Bewaar het apparaat op een droge
plaats en buiten de reikwijdte van kinde-
ren.
•
Behandel uw apparaat met zorg. Neem
de onderhoudsvoorschriften in acht.
•
Controleer de vangzak regelmatig op
slijtage of beschadigingen.
•
Houd alle toegangen voor de koellucht
vrij van vuil.
Opgepast! Zo vermijdt u schade
aan het apparaat en eventueel
daaruit voortvloeiende lichamelijke
letsels:
•
Het lichaam niet te ver strekken en erop
letten, het evenwicht niet te verliezen.
•
Behandel uw toestel met zorgvuldigheid.
Reinig regelmatig de luchtgleuven en
volg de onderhoudsvoorschriften op.
•
Overbelast uw apparaat niet. Werk uit-
sluitend binnen het aangegeven vermo-
gensbereik. Gebruik geen machines met
een laag prestatie vermogen voor zware
werkzaamheden. Gebruik uw apparaat
niet voor doeleinden, waarvoor het niet
bestemd is.
•
Probeer het apparaat niet zelf te repa-
reren, tenzij u een geschikte opleiding
hebt genoten. Alleen op een door ons
servicecenter (kijk op pagina 35) mogen
werkzaamheden worden verricht die niet
in deze handleiding staan vermeld.
Elektrische.veiligheid:
Opgepast: zo vermijdt u ongevallen
en verwondingen door een elektri-
sche schok:
NL
BE
25