Function; Fonctionnement; Funktion; Fonctionnement Coupure De L'air De Balayage - Beko DRYPOINT M PLUS DM 10-34 C-N Instructions De Montage Et De Service

EN | FR | NL
Instructions for installation and operation | Instructions de montage et de service | Installatie- en Gebruiksaanwijzing

3.3 Function

Humid compressed air (2) enters through
the housing head (1) and flows down-
wards through the core tube of the mem-
brane element (5). In the outlet of the core
tube, a nanofilter (6) is fixed which re-
moves the residual aerosols and particles
from the compressed air. Separated con-
densate flows off at the bottom (7).
In the zone of the nanofilter element, the
flow direction is turned and the humid
compressed air flows through the mem-
branes of the inner membrane element.
Downstream of the membrane element, a
partial flow (9) of compressed air is con-
tinuously diverted and atmospherically ex-
panded at a nozzle (3).
Through this expansion, the purge air be-
comes significantly drier, as the humidity
that is contained in the compressed air is
distributed to a multiple of the former vol-
ume. In the membrane element (5), the
very dry purge air (10) is led via the out-
side of the membranes and is evenly dis-
tributed due to the arranged position of
the membranes.
Through this, two air flows with differ-
ent moisture contents move in a reverse
current through the membrane element,
separated only by the membrane wall (5):
inside the humid compressed air and out-
side the dry purge air.
As a result of the humidity difference,
moisture diffuses from the compressed air
into the purge air.
Dry compressed air (8) leaves the
DRYPOINT M PLUS compressed-air
®
membrane dryer.
The humid purge air (12) is discharged
into the environment.
3.3.1 Function purge-air shutoff
A partial flow of the dried compressed air
flows through a small channel in the head
(A) to the functional block (B).
A solenoid valve (C) is fixed at the func-
tional block (B) which is triggered exter-
nally (e.g. a signal from the compressor).
If purge air for compressed-air drying
needs to be provided, voltage must be ap-
plied to the solenoid valve (C).
The purge-air nozzle (D), which is dimen-
sioned to a size and type-specific amount
of purge air, is in the functional block(B).
If the solenoid valve (C) is open, a defined
amount of purge air is expanded behind
the purge-air nozzle (D) and supplied to
the nozzle body (E) Through the nozzle
body (E), this dry purge air reaches the
back of the membrane fibres and effectu-
ates the drying of the compressed air.
DRYPOINT DM 10-34 C-N, DM 10-41 C-N, DM 10-47 C-N, DM 20-48 C-N, DM 20-53 C-N, DM 20-60 C-N, DM 20-67 C-N,
DM 40-61 C-N, DM 40-75 C-N, DM 40-90 C-N

3.3 Fonctionnement

L'air comprimé humide (2) entre par la tête
du sécheur (1) et circule à travers le tube
support de l'élément à membranes (5), du
haut vers le bas. À la sortie du tube sup-
port est fixé un nanofiltre (6), qui libère
l'air comprimé des aérosols et particules
résiduels. Le condensat séparé s'écoule
par le fond (7).
Dans la zone de l'élément filtrant du na-
nofiltre, le sens de circulation est inversé
et l'air comprimé humide circule à l'inté-
rieur des membranes de l'élément à mem-
branes.
Après l'élément à membranes, une par-
tie du flux d'air comprimé (9) est prélevée
en continu puis détendue à la pression at-
mosphérique par une buse (3).
Suite à la détente, l'air de balayage de-
vient beaucoup plus sec, étant donné que
l'humidité contenue dans l'air comprimé
se répand dans un multiple du volume ini-
tial. L'air de balayage très sec (10) circule
au sein de l'élément à membranes (5) le
long de la face extérieure des membranes
et du fait de la position ordonnée des
membranes, ce flux d'air est réparti de fa-
çon homogène.
C'est ainsi que circulent à contre-courant
à travers l'élément à membranes deux
flux d'air d'un taux d'humidité différent
– séparés uniquement par la paroi des
membranes (5) :
à l'intérieur, l'air comprimé humide, à l'ex-
térieur, l'air de balayage sec.
La différence d'humidité provoque une dif-
fusion continue de la vapeur d'eau de l'air
comprimé vers l'air de balayage.
L'air comprimé (8) sort du sécheur à mem-
brane DRYPOINT M PLUS à l'état sec.
®
L'air de balayage humide (12) est refoulé
dans l'atmosphère.
3.3.1 Fonctionnement Coupure de l'air
de balayage
Une partie du flux d'air comprimé séché
circule dans la tête du sécheur (A) à tra-
vers un canal étroit vers le bloc fonction-
nel (B).
Sur le bloc fonctionnel (B) est fixée une
électrovanne (C) pilotée par une com-
mande externe (par ex. un signal en pro-
venance du compresseur). Si de l'air de
balayage doit être mis à disposition pour
le séchage de l'air comprimé, une tension
électrique doit être appliquée aux bornes
de l'électrovanne (C).
Au sein du bloc fonctionnel (B) se trouve
la buse de l'air de balayage (D), qui est
dimensionnée pour fournir un débit d'air
de balayage adapté à la taille et au mo-
dèle du sécheur. Si l'électrovanne (C) est
ouverte, une quantité définie d'air de ba-
layage est détendue en aval de la buse
de l'air de balayage (D) dans le corps de
buses (E).
À travers ce corps de buses (E), l'air de
balayage sec est envoyé sur l'arrière des
fibres des membranes et provoque le sé-
chage de l'air comprimé.

3.3 Funktion

Vochtige perslucht (2) treedt binnen via de
kop van de behuizing (1) en stroomt via de
kernbuis van het membraanelement (5)
weer uit. In de uittreding van de kernbuis is
en nanofilter (6) gefixeerd die de perslucht
ontdoet van achtergebleven aerosolen en
partikels. Het afgescheiden condensaat
stroomt weg op de grond (7).
In de buurt van het nanofilterelement wordt
de stromingsrichting gedraaid en door-
stroomt de vochtige perslucht de membra-
nen van het membraanelement binnenin.
Achter het membraanelement wordt continu
een deelstroom (9) van de perslucht af ge-
takt en via een mondstuk (3) atmosferisch
ontspannen.
Als gevolg van de onstapnning wordt de
spoellucht aanzienlijk droger aangezien het
vocht in de perslucht wordt verdeeld over
een veelvoud van het oorspronkelijke vo-
lume. De zeer droge spoellucht (10) wordt in
het membraanelement (5) via de buitenkant
van de membranen geleid en door rang-
schikking van de membranen gelijkmatig
verdeeld.
Herdoor bewegen – uitsluitend gescheiden
door de membraanwand (5) – twee lucht-
stromen met een verschillend vochtgehalte
in tegenstroom door het membraanelement:
Binnenin de vochtige perslucht, buiten de
droge spoellucht.
Vanwege het vochtverschil diffundeert er
vocht uit de perslucht in de spoellucht.
De perslucht (8) treedt gedroogd uit de
DRYPOINT M PLUS persluchtmembraan-
®
droger uit.
De vochtige spoellucht (12) komt terecht in
de omgeving.
3.3.1 Werking spoelluchtblokkering
Een deelstroom van de gedroogde pers-
lucht stroomt in de kop (A) door een smal
kanaal naar het functieblok (B).
Op het functieblok (B) is eie magneetventiel
(C) bevestigd dat extern wordt aangestuurd
(bijv. signaal van de compressor). Als er
spoellucht voor het drogen van perslucht
beschikbaar gesteld moet worden, dan
moet er elektrische spanning op het mag-
neetventiel (C) staan.
In het functieblok (B) bevindt zich het spoel-
luchtmondstuk (D) dat qua afmetingen is
aangepast aan een hoeveelheid spoellucht
voor een bepaalde constructieafmeting en
voor een bepaald type. Als het magneet-
ventiel (C) open is, wordt er een gedefini-
eerde hoeveelheid spoellucht achter het
spoelluchtmondstuk (D) ontspannen naar
de body van het mondstuk (E) geleid.
Via de body van het mondstuk (E) komt
deze droge spoellucht terecht op de ach-
terkant van de membraanvezels en zorgt er
voor dat de perslucht wordt gedroogd.
15