C
Gebruik van het toestel
koelmodus. Wanneer het weergavevenster
zich in koelmodus bevindt, drukt u op
de temperatuurregelknop '
temperatuur in de koelkamer te regelen.
De temperatuurinstelmodus in Fahrenheit wordt hieronder weergegeven:
De temperatuurinstelmodus in Fahrenheit gebeurt als volgt:
Snelvriesmodus
• Snelvriesmodus
1 D r u k o p d e s n e lv r i e s k n o p . H e t
controlelampje snelvriezen gaat branden.
• Verlaten van de snelvriesmodus
1 Druk in de snelvriesmodus op de
snelvriesknop om de snelvriesmodus in te
schakelen.
2 Wanneer de uitvoeringstijd hoger ligt dan
24 u wordt de snelvriesmodus automatisch
ingeschakeld.
OPGELET!
Wa n n e e r d e te m p e ra t u u r
ingesteld is op Celsius wordt
' - 2 4 ' a a n g e g e v e n o p h e t
weergavescherm en werken
de compressoren voortdurend.
Wa n n e e r d e te m p e ra t u u r
ingesteld is op Fahrenheit
wordt '11' aangegeven op het
weergavescherm en werken
de compressoren voortdurend.
36
NL
-12°C -13°C
10°C 9°C
-10°C -11°C 34°C 36°C
Door een keer op de temperatuurregelknop
'
' te drukken stijgt de temperatuur
' om de
met 1°C.
-23°C -24°C 1°C 2°C
Alarm hoge temperatuur
Het controlelampje gaat branden wanneer
de diepvriezer het alarm van een verhoogde
temperatuur geeft.
Geheugen in geval van een
stroomonderbreking
In geval van een stroomonderbreking wordt
de tijdelijke werkingsmodus vergrendeld.
Zodra de stroom hersteld is, wordt de
werkingsmodus ingeschakeld naargelang
de instelling voor de stroomonderbreking.
9°C 10°C
48°C 50°C