12. Plaats de beenslips onder de benen van de
zorgvrager.
13.
(Zie Fig. 7 )
•
de tilband gecentreerd is en vlak ligt zonder
•
de hoofdsteun van de tilband de nek-/hoofdzone
•
de tilbanddelen onder de zorgvrager
niet gedraaid zitten.
14. Kruis de beenslips. Trek de ene band door
de andere. (Zie Fig. 8 )
15. Place the lift next to the patient and apply the brakes.
WAARSCHUWING
Wanneer u het tiljuk laat zakken of instelt,
dient u goed op te letten om letsel bij
de zorgvrager te voorkomen.
Bevestig de tilband. (Zie Fig. 3 )
Controleer de armen van de zorgvrager om te zorgen
dat deze:
•
bij de tilband met hoofdsteun: zich binnen
de tilband bevinden.
•
bij de tilband zonder hoofdsteun: zich buiten
de tilband bevinden.
18. Til de zorgvrager iets op om spanning in de tilband
te creëren. (Zie Fig. 9 )
WAARSCHUWING
Om te voorkomen dat de zorgvrager
valt, moet u erop letten dat de
NL
tilbandbevestigingen vóór en tijdens
de tilhandeling goed vastzitten.
19.
•
•
•
de zorgvrager comfortabel in de tilband ligt.
20. Moet er nog iets bijgesteld worden, laat de
zorgvrager dan zakken en zorg dat het gewicht van
de zorgvrager volledig wordt ondersteund door het
onderliggende oppervlak voor u de lussen verwijdert.
21. Indien alles goed gecontroleerd is, tilt u de cliënt
verder omhoog.
22. Breng de zorgvrager naar de gewenste plaats van
bestemming overeenkomstig de gebruiksaanwijzing
van de lift.
Fig. 7
Fig. 8
In stoel/rolstoel (20 stappen)
1. Plaats de tillift dichtbij.
2.
3. Controleer of de baleinen, indien van toepassing,
volledig in de houders zijn gestoken.
4. Ga voor de zorgvrager staan en laat hem/haar naar
voren leunen.
5. Plaats de tilband over de rug en het hoofd van de
zorgvrager met de binnenzijde van de tilband tegen
de zorgvrager aan. Het tilbandetiket bevindt zich aan
de buitenzijde.
ruggengraat en het stuitbeen van de zorgvrager.
Duw het uiteinde van de tilband onder het stuitbeen
of tegen de zitting aan. Gebruik zo nodig een
glijlaken/glijrol van Arjo.
8. Laat de zorgvrager weer naar achteren leunen.
9. Plaats de beenslips onder de benen van
de zorgvrager. (Zie Fig. 10 )
10. Kruis de beenslips. Trek de ene band
door de andere. (Zie Fig. 8 )
11.
(Zie Fig. 10 )
•
de tilband gecentreerd is en vlak ligt zonder
•
de hoofdsteun van de tilband de nek-/hoofdzone
•
de tilbanddelen onder de zorgvrager niet
gedraaid zitten.
12. Plaats de lift vóór de zorgvrager.
13.
WAARSCHUWING
Wanneer u het tiljuk laat zakken of instelt,
dient u goed op te letten om letsel bij de
zorgvrager te voorkomen.
14. Bevestig de tilband. (Zie Fig. 3 )
15. Controleer de armen van de zorgvrager om te zorgen
dat deze:
•
bij de tilband met hoofdsteun: zich binnen
de tilband bevinden.
•
bij de tilband zonder hoofdsteun: zich buiten
de tilband bevinden.
WAARSCHUWING
Verzeker u ervan dat banden niet verstrikt
raken in de rolstoel of de zwenkwielen van
de tillift.
Ga naar de volgende pagina voor het vervolg.
Fig. 9
84
Fig. 10