Virax Siberia Manuel D'utilisation page 55

Plaatsen van de vrieskoppen en de koelklemmen
De koelklemmen zijn ontworpen voor buizen met een buitendiameter van 54 mm / 2".
Verzeker er u vóór elke interventie van dat de te bevriezen buis geen verwering of zwakke plekken
vertoont.
Indien het gebruik van twee koppen op een zelfde rechte buis vereist is voor de Sibéria, dan moet
ZEKER een minimum afstand ertussen van 1 m (zie tekening hieronder) in acht genomen worden.
Het gebruik van de twee koppen vlak naast elkaar (<1 cm) levert geen gevaar op.
Verifieer, aan het einde van de interventie, de uitwendige toestand van de buis; een buis
met verwering of zwakke plekken zou een lek kunnen vertonen bij het ontvriezen van de ijsplug.
Virax kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor mankementen of schade veroorzaakt door een
slecht gebruik van de Sibéria, door het niet in acht nemen van de veiligheidsvoorschriften of door het
gebruik van een buis die verwering of zwakke plekken vertoont.
Het is nodig om te beschikken over speciale vrieskoppen teneinde de buizen met een kleinere
diameter te kunnen bevriezen.
•
Smeer de contactoppervlakken tussen de koelklemmen, de redutie-inserts en de buizen in met
warmtegeleidende Virax pasta (ref. 221069) om de snelheid van bevriezing te verhogen.
Opgelet: De bevriezing zal slechts optimaal zijn bij gebruik van de warmtegeleidende Virax pasta
•
Druk de klem met het overeenkomstige gerapporteerde element op de te bevriezen buis en span
aan met de fixeerschroef. Deze schroef moet uitmonden op de buis en niet op de vrieskop.
(Figuur 2).
Opgelet: Draai de fixatieschroef alleen met de hand vast.
•
Verwijder de overtollige warmtegeleidende pasta.
Opmerkingen:

Het valt aan te bevelen regelmatig de schroef in te vetten want dat laat een
gemakkelijk losmaken van de koelklem mogelijk na het bevriezen.

Het is mogelijk een temperatuurverschil vast te stellen tussen de twee
displays zonder dat daarom het vriesproces wordt gewijzigd.
Dit kan het gevolg zijn van:
o
verschillende starttemperaturen van de buizen vóór het
invriezen,
o
verschillende buisdiameters,
o
verschillende contactoppervlakken van de koelklemmen op de
buizen,
o
willekeurige luchtstromen.
NL
Figuur 2 :
55