• Dit toestel valt onder beschermingsklasse I, wat wil zeggen dat het toestel geaard moet zijn. Een geschoolde
technicus moet de elektrische aansluiting verzorgen.
• De beschikbare netspanning mag niet hoger zijn dan de spanning in de specificaties achteraan de handleiding.
• De voedingskabel mag niet omgeplooid of beschadigd zijn. Laat uw dealer zo nodig een nieuwe kabel plaatsen.
• Trek de stekker uit het stopcontact (trek nooit aan de kabel!) voordat u het toestel reinigt en als u het niet gebruikt.
• Wanneer u het toestel voor het eerst gebruikt, kan dit gepaard gaan met een lichte rookontwikkeling en een
bepaalde geur. Dit is normaal en de eventuele rook of geur zal geleidelijk aan verdwijnen.
• Kijk niet rechtstreeks in de lichtbron. De lichtbron kan bij gevoelige mensen leiden tot een aanval van epilepsie.
• Schade door wijzigingen die de gebruiker heeft aangebracht aan het toestel vallen niet onder de garantie.
• Hou dit toestel uit de buurt van kinderen en onbevoegden.
3. Algemene Richtlijnen
• Dit toestel is ontworpen voor professioneel gebruik op podia, in disco's, theaters, enz. U mag dit toestel enkel
binnenshuis gebruiken met een wisselspanning van maximum 230Vac/50Hz.
• Lichteffecten zijn niet ontworpen voor continue werking: regelmatige onderbrekingen doen ze langer meegaan.
• Schud het toestel niet dooreen. Vermijd brute kracht tijdens de installatie en de bediening van dit toestel.
• Installeer het toestel weg van extreme temperaturen (zie "7. Technische specificaties" op blz.5), vochtigheid en
stof. Zorg voor een minimumafstand van 50 cm tussen de lichtuitgang van het toestel en het belichte oppervlak.
• Maak het toestel vast met een geschikte veiligheidskabel (bv. VDLSC7 of VDLSC8).
• Leer eerst de functies van het toestel kennen voor u het gaat gebruiken. Ongeschoolde personen mogen dit
toestel niet gebruiken. Meestal is beschadiging het gevolg van onprofessioneel gebruik.
• Gebruik de oorspronkelijke verpakking wanneer u het toestel vervoert.
• Om veiligheidsredenen mag de gebruiker geen wijzigingen aanbrengen aan het toestel.
• Gebruik het toestel enkel waarvoor het gemaakt is. Andere toepassingen kunnen leiden tot kortsluitingen,
brandwonden, elektrische schokken, ontploffing van de lamp enz. Bij onoordeelkundig gebruik vervalt de garantie.
4. Installatie
a) Lampen
• Plaats of vervang een lamp enkel wanneer het toestel niet is aangesloten op het lichtnet.
• Laat een lamp afkoelen voor u ze vervangt: de bedrijfstemperatuur van een lamp ligt rond de 700°C.
• Raak een halogeenlamp niet aan met uw blote handen. Gebruik een doek om een halogeenlamp te vervangen.
• Plaats geen lampen met een te hoog wattage. Deze worden warmer dan die waarop dit toestel is voorzien.
• Vervang een vervormde of beschadigde lamp door een lamp van hetzelfde type (zie "7. Technische
specificaties" op blz.5). Ga als volgt te werk:
1. Draai de schroefknoppen op de voorkant van het toestel los en verwijder voorzichtig de afdekplaat.
2. Verwijder de oude lamp en breng de nieuwe in.
3. Plaats voorzichtig de afdekplaat terug en draai de schroefknoppen vast.
Opmerking: Stel het toestel niet in werking wanneer het deksel eraf is.
b) Zekering
• U mag een zekering enkel plaatsen of vervangen wanneer het toestel niet is aangesloten op het lichtnet.
• Als de lamp springt, is het heel goed mogelijk dat de zekering ook moet worden vervangen.
• Vervang een gesprongen zekering door een zekering van hetzelfde type en met dezelfde specificaties (zie "7.
Technische specificaties" op blz.5). Ga als volgt te werk:
1. Verwijder de zekeringhouder op het achterpaneel met een geschikte schroevendraaier.
2. Verwijder de oude zekering en breng de nieuwe in.
3. Plaats de zekeringhouder weer in de behuizing en zet hem vast met de schroevendraaier.
VDL504DSL
4
VELLEMAN