GEBRUIK
Bediening
C
A
Ventilator in- en uitschakelen
1. Stel met schuifregelaar B de gewenste afzuigstand in 1, 2, of 3.
• De afzuigkap schakelt in op de corresponderende stand.
2. Zet de schuifregelaar B naar stand 0.
• De ventilator schakelt uit.
Verlichting in- en uitschakelen
1. Zet de schuifregelaar A op stand 1.
• De verlichting gaat aan.
2. Zet de schuifregelaar A op stand 0.
• De verlichting gaat uit.
B
NL 5