afbeeldingen
1 gleuf
2 liftknop
T BROOD ROOSTEREN
1 Zet de broodrooster rechtop op een stevige, vlakke, hittebestendige ondergrond.
2 Steek de stekker in het stopcontact.
3 Draai de bruiningsregeling op de gewenste stand (1 = licht, 6 = donker).
4 Plaats brood in de gleuf (maximale dikte 29 mm).
5 Druk de liftknop helemaal naar beneden.
, Hij blijft alleen naar beneden gedrukt als de stekker van de broodrooster in het stopcontact
zit.
6 Het lampje 5 gaat aan en de verwarmingselementen worden warm.
7 Als het klaar is komt het geroosterde brood omhoog.
5 UITWERPEN
8 Om te stoppen met roosteren, drukt u op de knop 5.
H EXTRA LIFT
9 U kunt de liftknop verder omhoog tillen om kleine etenswaren eruit te halen.
f BEVROREN BROOD
10 Laat de bruiningsregeling op de gewenste stand staan, plaats het bevroren brood in de
gleuven, druk de liftknop naar beneden en druk op de knop "f".
11 Het lampje "f" gaat aan en de roostertijd wordt automatisch gewijzigd om dezelfde
bruiningsgraad te verkrijgen als bij brood dat niet bevroren is.
m GEROOSTERD BROOD OPNIEUW OPWARMEN
12 Gebruik de laagste stand. Warm alleen geroosterd brood zonder boter of beleg opnieuw op.
W BROODJESWARMER
13 Gebruik de broodjeswarmer niet om bevroren, geboterde, bestreken, gevulde broodjes of
broodjes met een suikerlaag op te warmen.
14 Plaats de broodjeswarmer bovenop de broodrooster met de voetjes in de gleuf.
15 Plaats de broodjes bovenop de broodjeswarmer.
16 Stel de bruiningsgraad in op 1 en laat dan liftknop zakken.
17 Wanneer het liftknop opspringt, verwijdert u de opgewarmde broodjes.
18 Raak de draden van de broodjeswarmer niet aan – deze zijn heet.
19 Verwijder de broodjeswarmer alvorens de broodrooster normaal te gebruiken.
C ZORG EN ONDERHOUD
20 Verwijder de stekker uit het stopcontact en laat het apparaat afkoelen.
21 Neem de buitenkant van her apparaat af met een vochtige doek.
W
MILIEUBESCHERMING
Om milieu- en gezondheidsproblemen als gevolg van gevaarlijke stoffen in elektrische en
elektronische producten te vermijden, mogen apparaten met dit symbool niet worden
weggegooid met niet-gesorteerd gemeentelijk afval, maar moeten ze worden teruggewonnen,
opnieuw gebruikt of gerecycled.
3 bruiningsregeling
4 kruimellade
5 broodjeswarmer
9
6 handvat
7 voetjes