aanbieden. Dompel apparaat, snoer of stekker nooit in water of
andere vloeistof en raak het apparaat nooit met natte handen aan.
5. Sommige delen van het apparaat worden extreem heet of de
beschermroosters bieden onvoldoende bescherming. Om
veiligheidsredenen moet het apparaat altijd met het laagste punt
minimaal 180 cm afstand tot de grond houden.
6. De wand- of het plafond waarop het apparaat wordt gemonteerd en
het plafond en de wanden binnen 1 meter van het apparaat moeten
van niet- of moeilijk ontvlambaar materiaal zijn. Het materiaal moet
In ieder geval bestand zijn tegen een temperatuur van minimaal
125°C zonder te gaan schroeien, smelten, vervormen of vlam te
vatten. Controleer regelmatig of de wand en plafond niet oververhit
raakt; dat kan gevaar opleveren!
7. Gebruik het apparaat uitsluitend wanneer het stevig is bevestigd.
Zorg ervoor dat u altijd het bevestigingsmateriaal gebruikt dat
geschikt is voor de ondergrond: raadpleeg zo nodig een expert.
8. Bij wand montage van het apparaat: blokkeer nooit de ruimte
tussen het apparaat en de wand.
9. Installeer dit apparaat niet achter een deur en niet bij een open
raam, waar het door regen nat zou kunnen worden.
10. Wanneer dit apparaat rechtstreeks op de bekabeling van uw
elektriciteitsinstallatie wordt aangesloten, dient het te worden
geïnstalleerd door een daartoe bevoegde specialist, rekening
houdend met de geldende wet- en regelgeving en voorschriften.
11. Plaats het apparaat niet vlakbij- onder- of gericht op een
stopcontact en niet in de buurt van open vuur of warmtebronnen.
12. Gebruik het apparaat niet vlakbij of gericht op meubels, gordijnen,
papier, kleding, beddengoed, handdoeken of andere brandbare
zaken. Houd dit minstens 1 meter van het apparaat verwijderd!
13. Gebruik de kachel niet buitenshuis en niet in ruimtes, kleiner dan
15m³.
14. Het apparaat bevat inwendig hete en/of gloeiende en vonkende
delen. Gebruik het apparaat dus niet in een omgeving waar
brandstoffen, verf, ontbrandbare vloeistoffen en/of gassen enz.
worden bewaard. Gebruik het apparaat niet in een
brandgevaarlijke omgeving zoals nabij gastanks, gasleidingen of
spuitbussen. Dat levert explosie- en brandgevaar op!
8