4.5 DE WARMTEAFGIFTE VAN DE KACHEL WIJZIGEN
4.6 NORMALE UITSCHAKELING
4.7 DE AFSTANDSBEDIENING
Afbeelding 8
Afbeelding 7
1.
Druk eenmaal op toets 5 of 6. Boven in het display verschijn de warmteaf-
gifte van de kachel.
2.
Met de toetsen 5 en 6 kan de warmte afgifte van de kachel gewijzigd wor-
den.
3.
Druk op toets 5 voor het verhogen van de warmteafgifte van de kachel.
4.
Druk op toets 6 voor het verlagen van de warmteafgifte van de kachel.
5.
Na 5 seconden keert het display automatisch terug naar de bedrijfsstand.
De warmteafgifte is instelbaar van 01, laagste stand, t/m 05, hoogste stand.
De kachel kan worden uitgeschakeld door toets 4 in te drukken totdat "REINIGEN
EINDE" getoond wordt op het display. Tijdens de uitschakelfase wordt de toevoer
van houtpellets naar de verbrandingskamer stopgezet en wordt de circulatieventi-
lator van de kamerlucht uitgeschakeld. De rookextractieventilator blijft nog enige
tijd draaien en wordt na de cooldown fase uitgeschakeld.
Hoe de afstandsbediening te gebruiken.
1.
Richt de afstandbediening op het bedieningspaneel van de kachel.
2.
Controleer of er geen obstakels tussen de afstandsbediening en de signaal-
ontvanger op de kachel zijn.
Toets 1 en 2: Voor het instellen van de gewenste ruimtetemperatuur.
Toets 3: Voor het in –en uitschakelen van de kachel.
Toets 4: Heeft geen functie voor de Lindara modellen.
Toets 5 en 6: Voor het instellen van de gewenste warmteafgifte van de kachel.
1
53