• Maak een proefopname om te controleren of de camera juist werkt vooraleer u start
met opnemen.
• De camera is niet stofdicht, spatbestendig of waterdicht.
• Vermijd dat de camera in contact komt met water. Als er water in de camera
terechtkomt, kunnen er storingen optreden. In bepaalde gevallen kan de camera niet
worden gerepareerd.
• Richt de camera niet naar de zon of een andere felle lichtbron. Dit kan storingen
veroorzaken in de camera.
• Gebruik de camera niet in de buurt van sterke radiogolven of stralingen. Als u dit
toch doet, is het mogelijk dat de camera beelden niet correct opneemt of afspeelt.
• Als u de camera op zanderige of stoffige plaatsen gebruikt, kunnen er storingen
optreden.
• Schud de camera niet en sla er niet tegen. Dit kan storingen veroorzaken waardoor u
mogelijk geen beelden kunt opnemen. Bovendien kan het opnamemedium
onbruikbaar worden of kunnen er beeldgegevens beschadigd raken.
• Reinig het oppervlak van de flitser voor gebruik. De warmte van het flitslicht kan
eventueel vuil op het oppervlak van de flitser doen roken of branden. Veeg het
flitseroppervlak schoon met een zachte doek om vuil, stof enz. te verwijderen.
De temperatuur van de camera
De camera en accu kunnen heet worden als gevolg van ononderbroken gebruik. Dit
wijst niet op een defect.
NL
24