Nederlands
Laadindicator
RODE LED toont aan dat de batterij in de initiële laadfase zit.
100%
GELE LED toont aan dat de batterij voor 80% geladen is.
80%
80%
GROENE LED toont aan dat de batterij voor 100% geladen is.
START
Verdere informatie kan gevonden worden bij de beschrijving van de laadcurve.
Voorbeeld: de RODE LED die knippert toont een constante spanningsfase aan.
Alarm (bitonale verwittiging)
Een bitonale verwittiging en een knipperende LED verwittigen de gebruiker van een alarmsituatie:
Status
Alarmtype
Auditieve verwittiging +
Batterij
aanwezigheid
ROOD knipperlicht
Auditieve verwittiging +
Thermische
sensor
GEEL knipperlicht
Auditieve verwittiging +
Tijdoverschrijding
GROEN knipperlicht
Auditieve verwittiging +
Batterijstroom
ROOD-GEEL knipperlicht
Auditieve verwittiging +
Batterijvoltage
ROOD-GROEN
knipperlicht
Auditieve verwittiging +
Selectie
GEEL-GROEN
knipperlicht
Auditieve verwittiging +
Thermisch
ROOD-GEEL-GROEN
knipperlicht
Wanneer het alarm afgaat, stopt de batterijlader met het leveren van stroom.
Thermische sensor en/of externe indicator
De thermische sensor en/of externe indicator zijn opties die verbonden moeten worden met het 5-polig
contact (180°).
Behalve indien anders vermeld, bedraagt de compensatie van het
batterijvoltage in functie van de temperatuur van de thermische sensor -
5mV/°C voor de batterijcel.
Het controlebereik van de thermische sensor gaat van -20°C tot +50°C.
De externe indicator geeft exact de LED indicator weer die geïnstalleerd
is op de uitrusting.
D01019
Omschrijving (actie)
Batterij ontkoppeld of niet conform. (Controleer de
verbinding en het nominaal voltage).
De thermische sensor werd losgekoppeld tijdens het
herladen of hij is buiten bereik. (Controleer de
verbinding van de sensor en meet de temperatuur
van de batterij).
Fase 1 en/of fase 2 hebben een duur die de max.
toegestane duur overschrijdt (Controleer de capaciteit
van de batterij).
Verlies outputstroomcontrole. (Fout van de
controlekaart).
Verlies outputvoltagecontrole. (Batterij losgekoppeld
of fout van de controlekaart).
Een niet-beschikbare configuratie werd geselecteerd
(Controleer de stand van de selectieknop)
Oververhitting van de semiconductoren. (Controleer
de werking van de ventilator).
Nederlands
Spanning:
Verdere informatie kan gevonden worden bij de beschrijving van de laadcurve.
Hulpcontacten
AUX1
AUX2
NC
C
NO
NC
C
NO
Tenzij anders vermeld, leveren de hulpcontacten de volgende functies:
Sectie
AUX1
Aanwezigheid
hoofdkabel
AUX2
Einde laden of Trickle
fase (druppelfase)
LED Grafiek
100%
De LED grafiek is een optie die het percentage outputstroom aangeeft in vergelijking met
de max. waarde.
50%
CURRENT
Batterij
Een batterij wordt gekarakteriseerd door twee zaken: spanning en capaciteit.
Elk element heeft een nominale spanning, die afhangt van het type batterij (ongeacht de grootte).
Teneinde een hogere spanning te bekomen, worden veel elementen verbonden in serie, waardoor men
een "BATTERIJ" elementen creëert.
Het aantal elementen wordt berekend door de nominale spanning van de
batterij te delen door de spanning van elk afzonderlijk element in de tabel:
Capaciteit:
Dit is de hoeveelheid elektriciteit die de batterijen kunnen leveren aan een
extern
circuit
alvorens
minimumwaarde en deze wordt verkregen door de intensiteit van de
ontladingsstroom I , uitgedrukt in ampère ( A ) te vermenigvuldigen met de
ontladingstijd t, uitgedrukt in uren ( h ): C = I x t
De capaciteit van de tractiebatterij wordt normaal verwezen naar het ontladingssysteem 5h: C5 = I x 5h.
De capaciteiten die kunnen worden herladen door de batterijladers kunnen worden teruggevonden bij de
beschrijving van de laadcurve (deze waarde is niet aanwezig bij de curves die eender welke capaciteit
kunnen laden).
49
50
Technische Gegevens: wisselcontacten
0,3A 125VAC
0,3A 110VDC
1A 30VDC
faston 6,3 × 0,8 mm
Connector:
Functie
Omschrijving
Wanneer de uitrusting aan staat, gaat het NO contact
(normaal open) DICHT en in plaats gaat het NC
contact (normaal dicht) OPEN.
Wanneer de Stop fase of de Niet Stop fase bereikt is,
gaat het NO contact (normaal open) DICHT en in
plaats gaat het NC contact (normaal dicht) OPEN.
de
spanning
afneemt
onder
de
uiteindelijke
Typ
Nominale
Spanning
e
Pb
2 V/cel
NiCd
1,2 V/cel
NiMH
1,2 V/cel
NiZn
1,714 V/cel
D01019