Publicité
Les langues disponibles
Les langues disponibles
•
Verlaat het gebouw en informeer een geautoriseerde
technische hulpdienst.
Veiligheidmaatregelen
•
De aan het apparaat zijnde aanraakbescherming
dient voor het voorkomen van brandgevaar en
verbrandingen: geen onderdeel van de bescherming
mag op den duur verwijderd worden.
Voor kinderen en gehandicapten biedt deze geen
volledige bescherming!
•
Het verwarmingsapparaat is met een beveiliging voor
een tekort aan zuurstof uitgerust. Indien zich in de
ruimte een hoger aandeel van kooldioxide (C02)
bevindt, zorgt de beveiliging er voor dat het apparaat
automatisch uitschakelt. Het is niet mogelijk het
apparaat in te schakelen voordat de ruimte belucht is.
•
Na het gebruik van het verwarmingsapparaat dient
het flessenventiel gesloten te worden.
Bediening
Nadat u de algemene veiligheidsinstructies en de voor
het apparaat geldende specifieke
veiligheidsinstructies gelezen en begrepen hebt kunt u
het apparaat in gebruik nemen. Ga daarbij als volgt te
werk:
Gasfles vervangen
•
Het apparaat wordt met een gasmengsel propaan /
butaan bij 50 mbar gebruikt.
•
Voor het gebruik van het apparaat is een fles met
vloeibaar gas tot max. 11 kg benodigd; de slang is al
voorgemonteerd.
•
De drukregelaar dient overeenkomstig met het
gebruiksdoel gekozen, resp. gekocht te worden.
•
De installatie, resp. de vervanging van de fles met
vloeibaar gas dient in een vlamvrije atmosfeer
uitgevoerd te worden.
•
Het apparaat dient bij niet-gebruik en voor het
vervangen van de fles aan het flessenventiel
aangesloten te worden.
•
Na het eerste en iedere volgende inbedrijfstelling en
vooral na iedere vervanging van de fles dient de
dichtheid met schuimvormende middelen (bijv.
zeepwater) gecontroleerd te worden.
•
De dichtheid is vastgesteld, indien zich geen blaasjes
vormen.
Een dichtheidstest met open vlam is strikt
verboden!
•
De fles dient zodanig in het apparaat geplaatst te
worden dat deze niet met de houderplaat van de
brander en de daaraan bevestigde gastoevoer in
contact komt. De slang mag niet tegen de warme
achterkant van de brander aanliggen.
•
Het apparaat wordt met een slang van 40 cm lengte
geleverd. De slang mag niet ingekort of door een
langere slang vervangen worden.
•
Controleer in regelmatige tijdsintervallen de staat van
de slang, tenminste bij iedere vervanging van de fles.
•
Bij beschadiging dient de slang door een gelijk
geproduceerde, DIN DVGVV geteste slang
vervangen te worden.
•
De verbinding tussen de slang en de regelaar wordt
middels V4" linkse schroefdraad gerealiseerd. Voor
de montage moet een schroefsleutel SW 17 gebruikt
worden.
•
Bij het monteren van de slang/drukregelaar aan de
gasfles is het verdraaien van de gasslang niet
toegestaan.
Let op! Gasslang mag niet tegen de achterwand
van de brander aanliggen!
•
Het gebruik van een ander type drukregelaar dan
aangegeven is niet toegestaan.
•
Let er op dat slangen en regelaar uiterlijk alle 5 jaren
worden vervangen.
Aansluiten van de fles met vloeibaar gas
•
Beschermkap van het ventiel afnemen.
•
Sluitmoer van de aansluitstomp losdraaien (rechts
om).
•
Rubberen dichting in het flessenventiel controleren
(regelaaraansluiting).
•
Regelaar met slang handvast aanschroeven (linkse
schroefdraad). Geen werktuig gebruiken!!! Draai de
dopmoer en niet de regelaar.
•
Dichtheidscontrole uitvoeren.
Aansluiten van de fles met vloeibaar gas
•
Flessenventiel sluiten.
•
Regelaar losschroeven.
•
Sluitmoer op aansluitschroefdraad draaien (linkse
schroefdraad).
•
Beschermkap van het ventiel afnemen.
•
Nieuwe fles aansluiten en dichtheidstest uitvoeren.
Inbedrijfstelling / buitenbedrijf stelling van de katalytkachel
voor verwarming van ruimten
•
Voor het gebruik de gasfles 1 uur verticaal laten
staan, indien deze daarvoor werd getransporteerd
zodat de milieuschadelijke delen zich op de
flesbodem kunnen verzamelen.
•
Gasfles in de binnenruimte (achterkant) van het
apparaat plaatsen. Gasfles, zoals boven beschreven,
aansluiten.
•
Flessenventiel op de propaanfles door naar links te
draaien openen.
•
Druk de grote instelknop naar beneden en draai deze
op het grote vlammensymbool – start.
•
Druk op de piëzo drukknop meermaals achterelkaar
om de ontstekingsvlam te ontsteken. Indien de
ontstekingsvlam zichtbaar is, houd de instelknop ca.
20 seconden ingedrukt zodat het thermoelement
warm wordt. Daarna kunt u de instelknop loslaten en
hebt u nu de hoogste verwarmingsstand. Indien de
ontstekingsvlam toch uitgaat, herhaal deze stap.
•
Het verwarmingsvermogen kan verlaagd worden,
door de instelknop licht in te drukken en op het
middelste, resp. kleine vlammensymbool in te stellen.
Wij bevelen aan na de inbedrijfstelling 10 min. te
wachten voordat u het verwarmingsvermogen wijzigt.
•
Enkel in de buurt van de ontstekingsvlam is de
gaskatalytplaat licht gloeiend, toch verdeelt zich het
volle verwarmingsvermogen over de gehele
gaskatalytplaat.
•
Eventuele rook (verse verf) verdwijnt na de
opwarmtijd.
•
LET OP! In warme toestand geen wijziging
(transport) uitvoeren.
•
De gasfles mag tijdens het gebruik of stilstand van
het verwarmingsapparaat voor ruimten niet
omgekeerd worden. Er bestaat het grootste
ongevalgevaar!
•
Uitschakelen van de gaskatalyt-
verwarmingsapparaat voor ruimten:
GASFLESVENTIEL SLUITEN.
34
Publicité
