10. Herprogrammering van een nieuwe I.D. disc of kat met microchip
10.1 Houd de knop met 'PROGRAM' op de printplaat (afb. 4) 5 seconden ingedrukt
waarna het volgende ongebruikte kattennummer begint te knipperen met
bewegende streepjes rondom de eerste 'TWO ZEROS'.
10.2 Druk op de '+' knop om het toepasselijke kattennummer te selecteren voor een
nieuwe I.D. disc of selecteer het volgende beschikbare kattennummer. (Een 'P'
naast het kattennummer geeft aan dat het al geprogrammeerd is, hoewel u als
volgt kunt herprogrammeren).
10.3 Plaats de voorkant van de I.D. disc in de opening van de tunnel (afb. 5) of laat uw
kat langzaam door de tunnel gaan om de microchip van uw kat te programmeren
en houd daarbij de deur zoals in afb. 6. open. De draaiende 'TWO ZEROS'
verdwijnen en 'Pr' knippert.
10.4 Druk de 'SET' knop in om de instelling op te slaan.
11. Fabrieksinstellingen terug zetten
Om de kattendeur weer in de oorspronkelijke stand bij aankoop te zetten, knop met
'PROGRAM' ingedrukt houden en binnen 3 seconden op de knop met '4 WAY' drukken
en loslaten, waarna u op de knop met 'SET' drukt en weer loslaat. Laat de knop met
'PROGRAM' weer los als alle symbolen op de lcd te zien zijn. Het apparaat voert even
controle uit en daarna is alleen het 'IN & OUT' symbool op het LCD scherm zichtbaar
Met deze procedure worden alle instellingen van I.D. disc(s) / microchips en overige
gewist. Daarna moet u de I.D. disc(s) / microchips herprogrammeren (Zie deel 3).
12. Energiebesparende modus
Dit luikje wordt aangeleverd in uitgeschakelde energiebesparende modus omdat uw kat
zo beter aan zijn/haar nieuw luikje kan wennen. In deze modus geeft het luikje de snelst
mogelijke responstijd op de microchip van de kat.
Zodra de kat is gewend aan het gebruik van het kattendeur is het raadzaam om de
energiebesparende modus in te schakelen. Dit geeft de langste levensduur van de
batterij en een betere beveiliging tegen het binnenkomen van wasberen en opdringerige
katten uit de buurt.
U kunt het luikje als volgt omschakelen naar de energiebesparende modus ('Eon'):
12.1 Druk op 'PROGRAM' knop en houdt ingedrukt en druk dan binnen 3 seconden
kort op de 'SET' knop. Laat de 'PROGRAM' knop los zodra de display 'EOFF' of
'Eon' laat zien.
12.2 U kunt tussen 'EOFF' en 'Eon' overschakelen door de '4 WAY' knop in te drukken.
Druk op 'SET' om de instelling op te slaan.
13. Troubleshooting
13.1 De kat wil de kattendeur niet gebruiken.
Verlegen katten hebben misschien meer tijd nodig om de kattendeur te leren
gebruiken - zelfs al hebben ze eerder een andere kattendeur gebruikt.
• Probeer de methode 'Uw kat de kattendeur leren gebruiken' (zie sectie 8)
nog eens.
• Controleer of de energiebesparende modus is uitgeschakeld, zodat uw kat het
makkelijker zal vinden om het luikje te gebruiken (zie sectie 12).
42
13.2 De kattendeur reageert niet op de geprogrammeerde I.D. disc of microchip en gaat
niet open.
• Controleer of de 4-voudige vergrendeling zo is afgesteld dat toegang in de
gewenste richting mogelijk is.
• Zorg dat een geprogrammeerd slot niet wordt geactiveerd (zichtbaar aan
knipperend '4 WAY' instelling van slot). Indien nodig kan het tijdslot
uitgeschakeld worden (zie sectie 4.3.12 t/m 4.3.14).
• Alleen voor artikel ref. nr. 305: Contoleer, in geval het LCD scherm
'IND' aangeeft, of de kat die door de kattendeur naar binnen of naar buiten
wil, dat ook werkelijk kan door de programmering te controleren; u drukt
de '4 WAY' knop een seconde regelmatig in. U kunt ook de individuele
toegangsmogelijkheden van de betreffende kat veranderen (zie sectie 4.2).
• Het energiebesparende schakelsysteem is misschien geactiveerd (aangegeven
met 'Eon' op de display). Houdt de kattendeur stil totdat 'Eon' verdwenen is.
• Controleer of de batterijen goed in de houder zitten (Fig. 3), en het symbool dat
aangeeft dat de batterijen bijna leeg zijn (Fig. 1).
• Controleer of de I.D. disc goed aan het halsbandje van de kat bevestigd is (zie
sectie 5.2).
• Kijk zo mogelijk of hij werkt met een andere geprogrammeerde I.D. disc /
microchip om te zien of er een probleem is met een bepaalde I.D. disc /
microchip.
• Controleer of de kattendeur op de goede hoogte is gemonteerd (zie montage
instructies).
• Indien het probleem nog steeds niet verholpen is, verwijdert u de batterijen en
wacht vervolgens minstens 5 minuten. Plaats de batterijen weer in de houder en
herhaal de handeling 'Fabrieksinstellingen terug zetten' (zie sectie 11).
13.3 De kattendeur sluit niet goed
Dit probleem kan zich af en toe voor doen en het herstelt zich als regel binnen
30 minuten vanzelf. Als het probleem aanhoudt, verwijdert u de batterijen en
wacht 5 minuten voor u ze terugzet, daarmee zal de juiste vergrendeling zich
weer instellen.
13.4 Problemen bij de instelling van gewenste functies / tijden
• De knoppen dienen stevig ingedrukt te worden.
• Druk na elke verandering van een setting altijd op de 'SET' knop zodat de
nieuwe setting opgeslagen wordt.
13.5 Het display scherm bevriest
• Verwijder de batterijen een minuut of 5, daarna zet u ze weer inde houder.
• Als het scherm bevroren blijft, herhaalt u de handeling 'Weer instellen van
fabrieksgegevens' (zie sectie 11).
13.6 Kattendeur sluit niet
• Controleer of de kattendeur niet in 'TRAINING MODE' staat (langzaam
knipperende pijlen).
• Wacht 30 minuten voor zelfcorrectie.
43