3.
Draai de gecodeerde, verwijderbare netsnoerstek-
ker met een lichte aandrukkracht rechtsom tot de
vergrendeling hoorbaar aangrijpt.
4.
Steek de stekker in het stopcontact.
6.3 Gebruik van verlengsnoer en generator of
transformator
Zie hoofdstuk 2 Beschrijving
6.4 Transport
ATTENTIE
Gebruik indien mogelijk altijd de transportwagen of
een andere hefinstallatie. Als er geen transportwagen
of hefinstallatie aanwezig is, vervoer het apparaat dan
altijd met twee personen. Wees u ervan bewust dat het
apparaat met de wagen een aanzienlijk gewicht verte-
nl
genwoordigt.
7 Bediening
GEVAAR
Houd het apparaat altijd met beide handen aan de
daarvoor bestemde handgrepen vast.Houd de hand-
grepen droog, schoon en vrij van olie en vet.
7.1 Voorbereiden
ATTENTIE
Draag werkhandschoenen bij het wisselen van ge-
reedschap, omdat dit heet wordt door het gebruik of
scherpe randen kan hebben.
ATTENTIE
Bij het wisselen van het insteekgereedschap moet op
een correct gebruik van de vergrendeling worden ge-
let. Anders zouden uw vingers gekneusd kunnen raken.
ATTENTIE
Voorkom contact van het lichaam met de geleidebuis,
omdat deze door het gebruik heet wordt.
7.1.1 Gereedschap aanbrengen 4 5
AANWIJZING
Maak gebruik van gereedschap dat overeenkomt met uw
lichaamsgrootte (lengte).
1.
Haal de stekker uit het stopcontact.
2.
Controleer of het insteekeinde van het gereedschap
schoon en licht ingevet is. Zo nodig dient u het
insteekeinde te reinigen en in te vetten.
3.
Controleer of de gereedschapopname en de span-
beugel schoon en onbeschadigd zijn.
88
ATTENTIE
Plaats de wagen niet op een hellende ondergrond.
ATTENTIE
Let erop dat u veilige transportwegen gebruikt.
ATTENTIE
Zorg ervoor dat de transportwagen op een veilige
manier is geplaatst.
6.5 Vergrendelen van het apparaat en de beitels op
de transportwagen 3
Plaats het apparaat op de daarvoor bestemde machi-
nesteunpen en vergrendel het tijdens het transport altijd
met de bevestigingsbeugel.
Steek de beitels tot de aanslag in de daarvoor bestemde
houders (vergrendelstand).
4.
Steek het gereedschap in de gereedschapopname
en draai de spanbeugel in sluitpositie A bij gereed-
schappen met kraag en in sluitpositie B bij gereed-
schappen met groef (breng de beitel zodanig aan
dat de groef in de richting van sluitpositie B wijst).
AANWIJZING Gecombineerde gereedschappen
met kraag en groef kunnen naar keuze in sluitpositie
A of B worden vergrendeld.
5.
Controleer of het gereedschap goed vergrendeld is
door er aan te trekken.
7.1.2 Gereedschap verwijderen
GEVAAR
Zet het gereedschap niet op licht ontvlambaar materi-
aal. Dit kan vlam vatten, waardoor er brand kan ontstaan.
1.
Haal de stekker uit het stopcontact.
2.
Open de spanbeugel door deze circa 90° te draaien.
3.
Trek het gereedschap uit de gereedschapopname.
7.2 Gebruik
ATTENTIE
Door de bewerking van de ondergrond kan er materi-
aal afsplinteren. Draag een veiligheidsbril, werkhand-
schoenen en, wanneer u geen stofafzuiging gebruikt,
een licht stofmasker. Afgesplinterd materiaal kan licha-
melijk letsel en oogletsel veroorzaken.