ΔN
H(z)
ΔO
AANWIJZING
As built met coördinaten is voor wat betreft de procedure gelijk aan As built-meting gebaseerd op bouwlijnen met
nl
die uitzondering, dat in plaats van Lijn- en Offsetafstanden nu coördinaten resp. coördinaatverschillen als resultaten
worden weergegeven resp. ingevoerd.
11.4 Ontbrekende lijn
11.4.1 Principe van de Ontbrekende lijn
Met de applicatie Ontbrekende lijn worden twee vrij in de ruimte liggende punten gemeten om de horizontale afstand,
de schuine afstand, het hoogteverschil en de helling tussen de punten te bepalen.
Bepalen van de helling met Ontbrekende lijn
Na het oproepen van de applicatie worden de projecten resp. de projectkeuze weergegeven.
Station instellen is hierbij niet noodzakelijk.
Voor het bepalen van de spanmaat zijn er twee verschillende meetmogelijkheden:
1.
Resultaten tussen het eerste en alle volgende gemeten punten.
2.
Resultaten tussen twee gemeten punten.
368
Verschil noordcoördinaten gebaseerd op het referen-
tiecoördinatensysteem. ΔN = noordcoördinaten (geme-
ten) – noordcoördinaten (ingevoerd)
Verschil in de hoogte. ΔH(z)= hoogte (gemeten) –
hoogte (ingevoerd)
Verschil oostcoördinaten gebaseerd op het referentie-
coördinatensysteem. ΔO = oostcoördinaat (gemeten) –
oostcoördinaat (ingevoerd)
Terugkeren naar het vorige
scherm.
Verder naar de selectie van meer
applicaties.
Applicatie Ontbrekende lijn op-
roepen.